Im Rahmen dieses Abkommens sind unbeschadet der Artikel 33 und 34 Beschränkungen des Kapitalverkehrs zwischen der Gemeinschaft einerseits und Israel andererseits und jede Diskriminierung aufgrund der Staatsangehörigkeit oder des Wohnsitzes ihrer Staatsangehörigen oder des Ortes, an dem das Kapital investiert wird, unzulässig.
Behoudens het bepaalde in de artikelen 33 en 34 legt deze overeenkomst geen beperkingen op aan het kapitaalverkeer tussen de Gemeenschap, enerzijds, en Israël anderzijds, en vindt geen discriminatie plaats op grond van de nationaliteit of de woonplaats van de ingezetenen van de Gemeenschap en Israël, noch op grond van de plaats waar het kapitaal geïnvesteerd wordt.