Traduction de «werden zugleich bringt » (Allemand → Néerlandais) :

79. betont, dass die Verpflichtung zur Senkung von Treibhausgasemissionen und zur Umgestaltung Europas zu einer wettbewerbsfähigen Wirtschaft mit geringen CO2-Emissionen bei sinnvoller Umsetzung ein erhebliches Potenzial bietet, die weltweite Wettbewerbsfähigkeit der Union zu steigern, dass aber zugleich darauf geachtet werden sollte, diese nicht zu schwächen; betont aus diesem Grund, dass im Wege einer eingehenden Folgenabschätzung bewertet werden sollte, welche Niveaus und welche Einzelvorschriften bei künftigen Zielsetzungen das Bestmögliche bewirken; betrachtet daher ein komplexes, ausgewogenes und kohärentes Konzept für Klimaschutz, Wettbewerbsfähigkeit, Nachhaltigkeit und Sicherheit als notwendig, das auf einem ausgewogenen Energieportfolio basiert, das sich stark auf nachhaltige Energiequellen stützt, das Technologien zur Senkung von CO2-Emissionen zur Geltung bringt, um die Klimaschutzziele zu erfüllen, und durch das bezahlbare Energie für die Verbraucher und die industrielle Produktion verfügbar wird;
79. benadrukt dat de toezeggingen om de broeikasgasemissies te reduceren en Europa in een concurrerende koolstofarme en energie-efficiënte economie te veranderen, indien naar behoren uitgevoerd, een kans betekenen om het concurrentievermogen van de EU op het wereldtoneel te vergroten, maar dat er tevens zorg voor moet worden gedragen dit concurrentievermogen niet te ondergraven; onderstreept derhalve dat het gewenste niveau en de modaliteiten van toekomstige doelen zouden moeten worden onderworpen aan een gedegen effectbeoordeling; is van mening dat een brede, evenwichtige en samenhangende aanpak van klimaatverandering en concurrentievermogen, duurzaamheid en veiligheid nodig is, gebaseerd op een evenwichtige energieportefeuille die sterk op duurzame energiebronnen steunt en openstaat voor technologieën voor het koolstofarm maken van de economie om aan de klimaatdoelstellingen te voldoen, waardoor betaalbare energie voor de consument en de industriële productie mogelijk wordt;

5. bringt seine Besorgnis darüber zum Ausdruck, dass die meisten Mitgliedstaaten auf globaler Ebene weiterhin Marktanteile verlieren; ist der Überzeugung, dass die europäische Wirtschaft insgesamt ihre Wettbewerbsfähigkeit in der globalen Wirtschaft weiter verbessern muss, indem insbesondere der Wettbewerb auf dem Güter- und Dienstleistungsmarkt erhöht wird, um die innovationsgetriebene Effizienz zu steigern; hebt hervor, dass die Arbeitskosten mit der Produktivität im Einklang bleiben sollten und die Löhne zur nachhaltigen Finanzierung der sozialen Sicherungssysteme beitragen sollten; unterstreicht, dass die Mitgliedstaaten bei der Steuerung ihrer Ausgaben gemäß den Vorgaben des Stabilitäts- und Wachstumspakts (SWP) eher bei den laufenden Ausgaben kürzen sollten als bei den Investitionszusagen, auch wenn die Bestimmungen nicht dem Umstand Rechnung tragen, dass investive Ausgaben und laufende Ausgaben unterschiedliche Auswirkungen auf das Wachstum haben; verweist auf die Mitteilung der Kommission mit dem Titel „Optimale Nutzung der im Stabilitäts- und Wachstumspakt vorgesehenen Flexibilität“ (COM(2015)0012), in der das Verfahren und der Zusammenhang zwischen Strukturreformen, Investitionen und fiskalischer Verantwortung erläutert werden und zugleich aufgezeigt wird, wie die im Rahmen der Bestimmungen des Pakts bestehende Flexibilität optimal genutzt werden kann; begrüßt den Vorschlag der Kommission, das Europäische Semester zu straffen; weist darauf hin, dass bei der Ausarbeitung der länderspezifischen Empfehlungen undifferenzierte Herangehensweisen vermieden werden sollten;
5. spreekt zijn bezorgdheid uit over het feit dat de meeste lidstaten nog steeds wereldwijd aan marktaandeel verliezen; is van mening dat de gehele EU-economie haar concurrentiekracht binnen de mondiale economie verder moet versterken, met name door de concurrentie op de markten voor producten en diensten te vergroten om de innovatiegedreven efficiëntie te verbeteren; is van oordeel dat de arbeidskosten gelijke tred moeten houden met de productiviteit, en dat de lonen een bijdrage moeten leveren aan de instandhouding van socialezekerheidstelsels; onderstreept dat de lidstaten in het kader van het beheer van hun uitgaven overeenkomstig de regels van het stabiliteits- en groeipact de lopende uitgaven moeten reduceren en niet de geplande investeringen, ondanks het feit dat de regels er geen rekening mee houden dat investeringsuitgaven en lopende uitgaven verschillende uitwerken op groei; neemt kennis van de mededeling van de Commissie over het optimaal benutten van flexibiliteit binnen de bestaande regels van het stabiliteits- en groeipact (COM(2015)0012), waarin de procedure wordt uitgelegd en uitleg wordt gegeven over het verband tussen structurele hervormingen, investeringen en budgettaire verantwoordelijkheid, waaronder door de flexibiliteit die de huidige regels bieden optimaal te benutten; is verheugd over het voorstel van de Commissie betreffende het stroomlijnen van het Europees semester; vindt dat 'one-size fits-all'-benaderingen bij het opstellen van de landenspecifieke aanbevelingen vermeden moeten worden;

5. bringt seine Besorgnis darüber zum Ausdruck, dass die meisten Mitgliedstaaten auf globaler Ebene weiterhin Marktanteile verlieren; ist der Überzeugung, dass die europäische Wirtschaft insgesamt ihre Wettbewerbsfähigkeit in der globalen Wirtschaft weiter verbessern muss, indem insbesondere der Wettbewerb auf dem Güter- und Dienstleistungsmarkt erhöht wird, um die innovationsgetriebene Effizienz zu steigern; hebt hervor, dass die Arbeitskosten mit der Produktivität im Einklang bleiben sollten und die Löhne zur nachhaltigen Finanzierung der sozialen Sicherungssysteme beitragen sollten; unterstreicht, dass die Mitgliedstaaten bei der Steuerung ihrer Ausgaben gemäß den Vorgaben des Stabilitäts- und Wachstumspakts (SWP) eher die laufenden Ausgaben verringern sollten als die Investitionszusagen, auch wenn die Bestimmungen nicht dem Umstand Rechnung tragen, dass investive Ausgaben und laufende Ausgaben unterschiedliche Auswirkungen auf das Wachstum haben; verweist auf die Mitteilung der Kommission mit dem Titel „Optimale Nutzung der im Stabilitäts- und Wachstumspakt vorgesehenen Flexibilität“ (COM(2015)0012), in der das Verfahren und der Zusammenhang zwischen Strukturreformen, Investitionen und fiskalischer Verantwortung erläutert werden und zugleich aufgezeigt wird, wie die im Rahmen der Bestimmungen des Pakts bestehende Flexibilität optimal genutzt werden kann; begrüßt den Vorschlag der Kommission, das Europäische Semester zu straffen; weist darauf hin, dass bei der Ausarbeitung der länderspezifischen Empfehlungen undifferenzierte Herangehensweisen vermieden werden sollten;
5. spreekt zijn bezorgdheid uit over het feit dat de meeste lidstaten nog steeds wereldwijd aan marktaandeel verliezen; is van mening dat de gehele EU-economie haar concurrentiekracht binnen de mondiale economie verder moet versterken, met name door de concurrentie op de markten voor producten en diensten te vergroten om de innovatiegedreven efficiëntie te verbeteren; is van oordeel dat de arbeidskosten gelijke tred moeten houden met de productiviteit, en dat de lonen een bijdrage moeten leveren aan de instandhouding van socialezekerheidstelsels; onderstreept dat de lidstaten in het kader van het beheer van hun uitgaven overeenkomstig de regels van het stabiliteits- en groeipact de lopende uitgaven moeten reduceren en niet de geplande investeringen, ondanks het feit dat de regels er geen rekening mee houden dat investeringsuitgaven en lopende uitgaven verschillende uitwerken op groei; neemt kennis van de mededeling van de Commissie over het optimaal benutten van flexibiliteit binnen de bestaande regels van het stabiliteits- en groeipact (COM(2015)0012), waarin de procedure wordt uitgelegd en uitleg wordt gegeven over het verband tussen structurele hervormingen, investeringen en budgettaire verantwoordelijkheid, waaronder door de flexibiliteit die de huidige regels bieden optimaal te benutten; is verheugd over het voorstel van de Commissie betreffende het stroomlijnen van het Europees semester; vindt dat 'one-size fits-all'-benaderingen bij het opstellen van de landenspecifieke aanbevelingen vermeden moeten worden;

76. ist sich bewusst, dass die EU in einem globalen Kontext handelt und ein Alleingang vielleicht nicht alle erhofften Vorteile mit sich bringt, und verweist auf die Schlussfolgerungen des Rates „Verkehr, Telekommunikation und Energie“ vom November 2011 zur Verstärkung der externen Dimension der EU-Energiepolitik, in denen der Rat betont, dass ein breiter gefächertes und stärker koordiniertes Konzept der EU für die internationalen Energiebeziehungen erforderlich ist, um die globalen Herausforderungen im Energiebereich und den Klimawandel zu bewältigen, und dass die Probleme, die sich im Zusammenhang mit der Wettbewerbsfähigkeit und der Verlagerung von CO2 -Emissionen stellen, gelöst sowie die höchsten Standards im Bereich der nuklearen Sicherheit erhalten und gefördert werden müssen, während zugleich eine sichere, nachhaltige und diversifizierte Energieversorgung sicherzustellen ist;
76. beseft dat de EU in een mondiale context opereert en dat alleen optreden misschien niet alle verwachte voordelen met zich meebrengt; herinnert aan de conclusies van de Raad Vervoer, Telecommunicatie en Energie van november 2011 over het versterken van de externe dimensie van het energiebeleid van de EU, waarin de Raad wees op de behoefte aan een bredere en meer gecoördineerde EU-benadering van de internationale betrekkingen op energiegebied om de mondiale energieproblemen en de klimaatverandering aan te pakken, en op de noodzaak om kwesties in verband met concurrentievermogen en koolstoflekkage op te lossen en de strengste veiligheidsnormen inzake kernenergie te handhaven en te bevorderen en tegelijk te zorgen voor een veilige, zekere, duurzame en gediversifieerde energievoorziening;

75. ist sich bewusst, dass die EU in einem globalen Kontext handelt und ein Alleingang vielleicht nicht alle erhofften Vorteile mit sich bringt, und verweist auf die Schlussfolgerungen des Rates „Verkehr, Telekommunikation und Energie“ vom November 2011 zur Verstärkung der externen Dimension der EU-Energiepolitik, in denen der Rat betont, dass ein breiter gefächertes und stärker koordiniertes Konzept der EU für die internationalen Energiebeziehungen erforderlich ist, um die globalen Herausforderungen im Energiebereich und den Klimawandel zu bewältigen, und dass die Probleme, die sich im Zusammenhang mit der Wettbewerbsfähigkeit und der Verlagerung von CO2-Emissionen stellen, gelöst sowie die höchsten Standards im Bereich der nuklearen Sicherheit erhalten und gefördert werden müssen, während zugleich eine sichere, nachhaltige und diversifizierte Energieversorgung sicherzustellen ist;
75. beseft dat de EU in een mondiale context opereert en dat alleen optreden misschien niet alle verwachte voordelen met zich meebrengt; herinnert aan de conclusies van de Raad Vervoer, Telecommunicatie en Energie van november 2011 over het versterken van de externe dimensie van het energiebeleid van de EU, waarin de Raad wees op de behoefte aan een bredere en meer gecoördineerde EU-benadering van de internationale betrekkingen op energiegebied om de mondiale energieproblemen en de klimaatverandering aan te pakken, en op de noodzaak om kwesties in verband met concurrentievermogen en koolstoflekkage op te lossen en de strengste veiligheidsnormen inzake kernenergie te handhaven en te bevorderen en tegelijk te zorgen voor een veilige, zekere, duurzame en gediversifieerde energievoorziening;

-Es ist zu bekr ftigen, da Handel und Umweltpolitik sich gegenseitig unterst tzen m ssen, damit die nachhaltige Entwicklung sowohl im Rahmen der WTO als auch im Rahmen regionaler und interregionaler Freihandelsvereinbarungen gest rkt wird, da bei den Arbeiten der WTO und anderer Gremien Fortschritte in bezug auf Handel und Umwelt erzielt werden m ssen und da in das multilaterale Handelssysstem - unter klaren und vorhersehbaren Regeln - die Anwendung von Handelsma nahmen, die im Rahmen der multilateralen Umweltschutz bereinkommen getroffen werden, eingebettet sein sollte, da derartige Ma nahmen erforderlich sein k nnen, um die Ziele der multilateralen Umweltschutz bereinkommen zu verwirklichen. Ferner sollte bekr ftigt werden, da ein offenes multilaterales Handelssystem zwar eine effizientere Nutzung nat rlicher Ressourcen erm glicht, zugleich aber wirksame Umweltpolitiken und Strategien der nachhaltigen Entwicklung erforderlich sind, damit sichergestellt wird, da die Liberalisierung des Handels Nutzen f r die Umwelt mit sich bringt und das durch den Handel bedingte Wachstum nachhaltig ist. Es sollte bekr ftigt werden, da die Liberalisierung des Handels die wirtschaftliche Entwicklung insbesondere von Entwicklungsl ndern und deren st rkere Integration in die Weltwirtschaft f rdern kann und da Staaten es vermeiden sollten, auf dem Umweltschutz beruhende Handelsbeschr nkungen f r protektionistische Zwecke einzusetzen.
-opnieuw stellen dat het handelsbeleid en het milieubeleid elkaar moeten ondersteunen om duurzame ontwikkeling zowel in de context van de WTO als in regionale en interregionale vrijhandelsverdragen te bevorderen, en dat vorderingen inzake handel en milieu bij de werkzaamheden van de WTO en van andere fora noodzakelijk zijn ; en opnieuw stellen dat het multilaterale handelssysteem volgens duidelijke en voorspelbare regels het gebruik van krachtens MEA's genomen handelsmaatregelen mogelijk zou moeten maken, aangezien dergelijke maatregelen nodig kunnen zijn om de doelstellingen van de MEA te bereiken ; opnieuw stellen dat een open multilateraal handelssysteem een effici nter gebruik van de natuurlijke hulpbronnen weliswaar mogelijk maakt, maar dat effici nte milieubeleidsmaatregelen en strategie n voor duurzame ontwikkeling nodig zijn om ervoor te zorgen dat de liberalisering van de handel milieuvoordelen oplevert en dat de uit de handel voortspruitende groei duurzaam is ; opnieuw stellen dat de liberalisering van de handel bevorderlijk kan zijn voor de economische ontwikkeling, vooral van de ontwikkelingslanden, en voor een grotere integratie van die landen in de wereldeconomie, en dat staten moeten vermijden milieuredenen aan te voeren voor handelsbeperkingen die voor protectionistische doeleinden worden ingesteld ;

Die EU fordert die demokratischen Institutionen auf, ihre Funktionen in vollem Umfang wiederaufzunehmen, und verlangt, daß die verfassungsmäßigen Garantien wiederhergestellt werden; zugleich bringt sie erneut ihre Unterstützung für Menschenrechte und Rechtsstaatlichkeit, welche die Säulen der demokratischen Ordnung bilden, zum Ausdruck.
De EU dringt erop aan dat de democratische instellingen hun activiteiten ten volle hervatten en roept op tot de wederinvoering van de grondwettelijke waarborgen, terwijl zij daarnaast opnieuw haar steun uitspreekt voor de mensenrechten en de rechtsstaat die de grondslag vormen van het democratisch stelsel.

Der Rat bekräftigt zugleich, dass ein Tätigwerden auf der Ebene der Europäischen Gemeinschaft (EG) zusätzlichen Nutzen bringt, indem die Maßnahmen der Mitgliedstaaten unter Einhaltung des Subsidiaritätsprinzips und unter gebührender Berücksichtigung der verfügbaren Haushaltsmittel gemäß dem Finanzrahmen 2007-2013 unterstützt und ergänzt werden.
Tegelijk herhaalt de Raad dat maatregelen op het niveau van de Europese Gemeenschap (EG-niveau) die de activiteiten van de lidstaten ondersteunen en aanvullen, meerwaarde hebben, waarbij het subsidiariteitsbeginsel in acht moet worden genomen en naar behoren rekening moet worden gehouden met de beschikbare begrotingsmiddelen zoals die zijn bepaald in het financiële kader 2007-2013.