Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "werde ihr auferlegte geldbuße sei entsprechend " (Duits → Nederlands) :

Das angefochtene Urteil sei daher aufzuheben, und die angefochtene Entscheidung sei für nichtig zu erklären, soweit die Geldbuße von Toshiba darin auf der Grundlage ihres weltweiten Marktanteils berechnet werde; die ihr auferlegte Geldbuße sei entsprechend herabzusetzen.

Derhalve moet het bestreden arrest worden vernietigd en de litigieuze beschikking nietig worden verklaard, voor zover Toshiba’s geldboete daarbij wordt berekend op basis van haar wereldwijde marktaandeel. De aan Toshiba opgelegde geldboete moet dienovereenkomstig worden verlaagd.


Die klagenden Parteien führen an, dass der angefochtene Artikel auf diskriminierende Weise die Unschuldsvermutung verletze, weil das Kollegium für Umweltrechtsdurchsetzung die ursprüngliche Verwaltungsentscheidung, mit der eine Geldbuße auferlegt worden sei, durch eine Behebungsentscheidung ersetzen lassen könne, durch die keine Geldbuße auferlegt werde, jedoch beschlossen werden könne, die ...[+++]

De verzoekende partijen voeren aan dat het bestreden artikel op discriminerende wijze afbreuk doet aan het vermoeden van onschuld, omdat het Milieuhandhavingscollege de initiële bestuursbeslissing waarbij een geldboete werd opgelegd, zou kunnen laten vervangen door een herstelbeslissing waarbij geen geldboete wordt opgelegd, maar toch zou kunnen beslissen de gevolgen van de initiële bestuursbeslissing te handhaven.


Der Gerichtshof wird gefragt, ob Artikel 33 des Gesetzes vom 24. Juni 2013 über die kommunalen Verwaltungssanktionen (nachstehend: Gesetz vom 24. Juni 2013) mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit der durch Artikel 6 Absatz 2 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Unschuldsvermutung, vereinbar sei, insofern darin vorgesehen sei, dass die administrative Geldbuße, die wegen bestimmter Verkehrsverstöße auferlegt werden könne « bei Abwesenheit des Führers », jede ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het vermoeden van onschuld zoals gewaarborgd bij artikel 6.2 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 33 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (hierna : de wet van 24 juni 2013) in zoverre daarin zou worden voorzien dat de administratieve geldboete die kan worden opgelegd wegens welbepaalde verkeersinbreuken, « bij afwezigheid van de bestuurder », te allen tijde ten laste wordt gelegd van de houder van de kentekenplaat van het voertuig waarmee een verkeersov ...[+++]


Somit werde ein Behandlungsunterschied durch den vorerwähnten Artikel 21 Absatz 2 in Bezug auf die Ausübung der Rechte der Verteidigung zwischen den klagenden Parteien vor dem Staatsrat eingeführt, einerseits je nachdem, ob sie nur einer Gegenpartei gegenüberstünden oder ob sie gleichzeitig einer Gegenpartei und einer beitretenden Partei gegenüberstünden, und andererseits je nach dem Zeitpunkt, zu dem sie Kenntnis vom Schriftsatz der beitretenden Partei erhielten im Verhältnis zu dem Datum, das ihnen für die Zusendung ihres Replikschriftsatzes auferlegt ...[+++]

Aldus zou bij het voormelde artikel 21, tweede lid, met betrekking tot de uitoefening van de rechten van de verdediging een verschil in behandeling worden teweeggebracht tussen de verzoekende partijen voor de Raad van State, enerzijds, naargelang zij enkel tegenover een tegenpartij staan of naargelang zij tegelijkertijd tegenover een tegenpartij en een tussenkomende partij staan en, anderzijds, volgens het ogenblik waarop zij kennis nemen van de memorie van de tussenkomende partij ten opzichte van de datum die hun wordt opgelegd voor het toesturen van hun memorie van wederantwoord.


Der Gerichtshof wird bezüglich der Verfassungsmäßigkeit von Absatz 2 dieser Bestimmung befragt, wenn in dem Fall, in dem eine dem Verfahren beitretende Partei den Staatsrat bitte, die Nichtigkeitsklage abzuweisen, der Schriftsatz dieser beitretenden Partei der klagenden Partei nach oder am Ende der Frist notifiziert werde, die ihr zur Beantwortung des Erwiderungsschriftsatzes der Gegenpartei auferlegt worden sei.

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de grondwettigheid van het tweede lid van die bepaling wanneer, in het geval waarin een in de rechtspleging tussenkomende partij de Raad van State verzoekt het beroep tot nietigverklaring te verwerpen, de memorie van die tussenkomende partij ter kennis van de verzoekende partij wordt gebracht aan het einde of na het verstrijken van de haar opgelegde termijn om te repliceren op de memorie van antwoord van de tegenpartij.


Aus der Begründung der Vorlageentscheidung und den durch den Staatsrat übermittelten Verfahrensunterlagen geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 21 Absatz 2 der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention zu befinden, insofern die fragliche Bestimmung, wenn sie auf eine Person Anwendung finde, die eine Nichtigkeitsklage gegen eine Entscheidung eines leitenden Beamten der Brüsseler Umweltbehörde IBGE eingereicht habe, mit der ihr eine administrative Geldbuße in Anwendung der Arti ...[+++]

Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing en de procedurestukken die door de Raad van State zijn overgezonden, blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van artikel 21, tweede lid, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre de bestreden bepaling, wanneer ze van toepassing is op een persoon die een beroep tot nietigverklaring heeft ingesteld tegen ...[+++]


22. APRIL 2004 - Erlass der Wallonischen Regierung über die endgültige Verabschiedung der Revision des Sektorenplans Huy-Waremme zwecks Eintragung eines gemischten Gewerbegebiets in Sprimont (Louveigné) in Erweiterung des gemischten Gewerbegebiets " Damré" (Karte 49/3N) Die Wallonische Regierung, Auf Grund des Wallonischen Gesetzbuchs über die Raumordnung, den Städtebau und das Erbe, insbesondere Art. 22, 23, 30, 35, 37, 41 bis 46 und 115; Auf Grund des Entwicklungsschemas des regionalen Raums (SDER), das von der Regierung am 27. Mai 1999 verabschiedet wurde; Auf Grund des Erlasses des Wallonischen Regionalrats vom 20. November 1981 ...[+++]

2 APRIL 2004. - Besluit van de Waalse Regering houdende definitieve goedkeuring van de herziening van het gewestplan Hoei-Borgworm met het oog op de inschrijving van een gemengde bedrijfsruimte te Sprimont (Louveigné), in uitbreiding van de gemengde bedrijfsruimte van « Damré » (blad 49/3N) De Waalse Regering, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, o.a. artikelen 22, 23, 30, 35, 37, 41 tot 46 en 115; Gelet op het Schéma de développement de l'espace régional (SDER) goedgekeurd door de Regering op 27 mei 1999; Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 20 november 1981 tot vaststelling van het gewestplan Hoei-Borgworm; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2002 to ...[+++]


w