Die Mitgliedstaaten können sich dabei im Benehmen mit ihren staatlichen Stellen auf subnationaler Ebene für Vorhaben aus der exemplarischen Liste in Anhang II und/oder jede andere Art von Vorhaben entscheiden, einschließlich solcher im Bereich der Binnenfischerei , sofern diese mit den Prioritäten nach Unterabsatz 1 im Zusammenhang stehen und der Realisierung der potenziellen Auswirkungen gemäß Anhang II dienen.
De lidstaten kunnen in overleg met de regionale en lokale overheden hun keuze baseren op de indicatieve lijst van concrete acties in bijlage II bij deze verordening en/of andere soorten van concrete acties, met inbegrip van acties op het gebied van de binnenvisserij, op voorwaarde dat deze verband houden met de in de eerste alinea vastgestelde prioriteiten en gericht zijn op het bereiken van de in bijlage II uiteengezette potentiële effecten.