Vertaling van "strafverfahren gewährleisten " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

ein Strafverfahren gegen den Beamten einleiten | gegen den Beamten ist ein Strafverfahren eingeleitet worden
tegen ... een strafrechtelijke vervolging instellen | tegen de ambtenaar wordt een strafrechtelijke vervolging ingesteld

Verfahrensgarantien in Strafverfahren | Verfahrensrechte | Verfahrensrechte in Strafverfahren
procedurele rechten | procedurerechten | processuele rechten

die Einhaltung gesetzlicher Bestimmungen gewährleisten | die Einhaltung rechtlicher Anforderungen gewährleisten
naleving van juridische eisen garanderen | naleving van wettelijke eisen garanderen | naleving van wettelijke vereisten garanderen

die Gesundheit und Sicherheit des Personals gewährleisten | die Gesundheit und Sicherheit von Mitarbeitern/Mitarbeiterinnen gewährleisten
gezondheid en veiligheid van personeel garanderen | gezondheid en veiligheid van staf garanderen

die Portionskontrolle sicherstellen | Portionsgrößenkontrolle sicherstellen | die Kontrolle der Portionsgrößen gewährleisten | die Portionskontrolle gewährleisten
0.0 | de juiste hoeveelheid eten serveren | de juiste hoeveelheid opdienen | zorgen voor de juiste porties

die Einhaltung gewährleisten
de naleving verzekeren

gewährleisten
waarborgen

Strafverfahren
strafprocedure

anhängiges Strafverfahren
lopende zaak

Strafverfahren [ Kriminalrecht | Strafprozess | strafrechtliches Sonderverfahren | Strafverfahrensrecht | vereinfachtes Verfahren ]
strafprocedure [ speciale strafrechtspleging | strafvordering | vereenvoudigde procedure ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

(18a) Bei der Umsetzung dieser Richtlinie sollten die Mitgliedstaaten die Verfahrensrechte von Verdächtigen oder Beschuldigten in Strafverfahren gewährleisten und insbesondere die Entschließung des Rates vom 30. November 2009 über einen Fahrplan zur Stärkung der Verfahrensrechte von Verdächtigten oder Beschuldigten in Strafverfahren, die Richtlinie 2010/64/EU des Europäischen Parlaments und des Rates vom 20. Oktober 2010 über das Recht auf Dolmetschleistungen und Übersetzungen in Strafverfahren, die Richtlinie 2012/13/EU des Europäischen Parlaments und des Rates vom 22. Mai 2012 über das Recht auf Belehrung in Strafverfahren und alle sonstigen Rechtsakte der Union in diesem Bereich berücksichtigen.
(18 bis) Bij de uitvoering van deze richtlijn moeten de lidstaten garanties bieden voor de procedurele rechten van verdachten of beklaagden in strafprocedures en in het bijzonder rekening houden met de resolutie van de Raad van 30 november 2009 over een routekaart ter versterking van de procedurele rechten van verdachten en beklaagden in strafprocedures, Richtlijn 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende de rechten op tolk- en vertaaldiensten in strafprocedures, Richtlijn 2012/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het recht op informatie in strafprocedures en elke andere rechtshandeling van de EU op dat gebied.

(18a) Bei der Umsetzung dieser Richtlinie sollten die Mitgliedstaaten Verfahrensrechte von Verdächtigen und Beschuldigten in Strafverfahren gewährleisten und insbesondere die Entschließung des Rates vom 30. November 2009 über einen Fahrplan zur Stärkung der Verfahrensrechte von Verdächtigten oder Beschuldigten in Strafverfahren¹, die Richtlinie 2010/64/EU des Europäischen Parlaments und des Rates vom 20. Oktober 2010 über das Recht auf Dolmetschleistungen und Übersetzungen in Strafverfahren², die Richtlinie 2012/13/EU des Europäischen Parlaments und des Rates vom 22. Mai 2012 über das Recht auf Belehrung in Strafverfahren³ und alle sonstigen Rechtsakte oder Empfehlungen der Union in diesem Bereich berücksichtigen.
(18 bis) Bij de uitvoering van deze richtlijn moeten de lidstaten garanties bieden voor de procedurele rechten van verdachten of beklaagden in strafprocedures en in het bijzonder rekening houden met de resolutie van de Raad van 30 november 2009 over een routekaart ter versterking van de procedurele rechten van verdachten en beklaagden in strafprocedures, Richtlijn 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende de rechten op tolk- en vertaaldiensten in strafprocedures, Richtlijn 2012/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het recht op informatie in strafprocedures en elke andere rechtshandeling of aanbeveling van de EU op dat gebied.

(6a) Unbeschadet der Verpflichtungen der Mitgliedstaaten im Rahmen der EMRK, die Rechte auf ein faires Verfahren zu gewährleisten, sollten Verfahren wegen geringfügiger Zuwiderhandlungen, die in einer Haftanstalt begangen werden, und Verfahren wegen Zuwiderhandlungen, die in einem militärischen Zusammenhang begangen und von einem befehlshabenden Offizier geahndet werden, nicht als Strafverfahren im Sinne dieser Richtlinie angesehen werden.
(6 bis) Onverminderd de krachtens het EVRM op de lidstaten rustende verplichting om het recht op een eerlijk proces te waarborgen, worden strafprocedures met betrekking tot lichte strafbare feiten die in de gevangenis zijn gepleegd, of in militair verband gepleegde strafbare feiten die door een bevelvoerende officier worden behandeld, in deze richtlijn niet als strafprocedures aangemerkt.

Das angefochtene Gesetz bezweckt, im belgischen Strafverfahren das Recht auf ein faires Verfahren gemäss Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention in der Auslegung des Europäischen Gerichtshofes für Menschenrechte zu garantierten, und insbesondere das Recht auf Beistand durch einen Rechtsanwalt ab der einleitenden Phase des Strafverfahrens, zu gewährleisten.
De bestreden wet heeft tot doel in de Belgische strafrechtspleging het recht op een eerlijk proces te waarborgen, dat is verankerd in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, zoals geïnterpreteerd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, meer bepaald het recht op de bijstand van een advocaat vanaf de inleidende fase van het strafproces.

1. Die Mitgliedstaaten gewährleisten, dass Opfer, die die Sprache des Strafverfahrens nicht verstehen oder sprechen, im Einklang mit ihrer Stellung im Strafverfahren in dem betreffenden Strafrechtssystem auf Antrag kostenfrei eine Verdolmetschung in Anspruch nehmen können, zumindest bei Vernehmungen oder Befragungen des Opfers durch Ermittlungs- und gerichtliche Behörden, einschließlich polizeilicher Vernehmungen, im Rahmen des Strafverfahrens, sowie eine Verdolmetschung für ihre aktive Teilnahme an allen Gerichtsverhandlungen und notwendigen Zwischenanhörungen.
1. De lidstaten zorgen ervoor dat, overeenkomstig de rol die in het betrokken strafrechtsstelsel aan het slachtoffer wordt toebedeeld, het slachtoffer dat de taal van de strafprocedure niet spreekt of verstaat, op zijn verzoek, kosteloos door een tolk wordt bijgestaan, ten minste wanneer hij in de loop van de strafprocedure door onderzoeks- en gerechtelijke instanties wordt gehoord en ondervraagd - met name door de politie - en wanneer hij actief deelneemt aan de terechtzitting en eventueel noodzakelijke tussentijdse zittingen.

(22) Wenn sich im Laufe des Strafverfahrens die Einzelheiten des Tatvorwurfs so weit verändern, dass die Stellung des Verdächtigen oder Beschuldigten in beträchtlichem Umfang betroffen ist, sollte ihm dies mitgeteilt werden, wenn dies notwendig ist, um ein faires Verfahren zu gewährleisten, und rechtzeitig, um eine wirksame Ausübung des Rechts auf Verteidigung zu ermöglichen.
(22) Wanneer in de loop van de strafprocedure de details van de beschuldiging zodanig veranderen dat de positie van de verdachte of beklaagde hierdoor aanzienlijk wordt beïnvloed, moet dit hem indien nodig tijdig worden meegedeeld om een eerlijk proces en de daadwerkelijke uitoefening van het recht op verdediging te waarborgen.

« ob die Artikel 267 ff., d.h. Kapitel XXV des allgemeinen Zoll- und Akzisengesetzes vom 18. Juli 1977, sowie Artikel 263 dieses Gesetzes gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstossen, weil die Strafverfolgung und das Strafverfahren in bezug auf Zoll und Akzisen - im Gegensatz zur Strafverfolgung und zum Strafverfahren im allgemeinen - dem Beschuldigten in seinem Verhältnis zur Verwaltung keine Unabhängigkeit gewährleisten, da die Zoll- und Akzisenverwaltung auftritt als
« of de artikelen 267 en volgende, zijnde hoofdstuk XXV van de algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnzen, alsook artikel 263 A.W.D.A., de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden omdat de strafvordering en de strafrechtspleging inzake douane en accijnzen, in tegenstelling met de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, geen onafhankelijkheid waarborgen aan de verdachte-geadministreerde, gezien de Administratie der douane en accijnzen fungeert als :

« Verstossen die Artikel 193, 194, 195, 196, 197, die Artikel 189 und 222, Kapitel XXV und die darin u.a. enthaltenen Artikel 267 bis 272, 279 bis 284 des königlichen Erlasses vom 18. Juli 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Zoll- und Akzisenbestimmungen, bestätigt durch Artikel 1 des Gesetzes vom 6. Juli 1978, in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, gegen die Artikel 10 und 11 der belgischen Verfassung, indem sie hinsichtlich der Strafverfolgung und des Strafverfahrens in bezug auf Zoll und Akzisen - im Gegensatz zur Strafverfolgung und zum Strafverfahren im allgemeinen - dem Beschuldigten in seinem Verhältnis zur Verwaltung keine Unabhängigkeit gewährleisten, da die Zoll- und Akzisenverwaltung im Falle strafbarer Handlungen auftritt als
« Schenden de artikelen 193, 194, 195, 196, 197, de artikelen 189 en 222, het hoofdstuk XXV en de daarin ondermeer opgenomen artikelen 267 t/m 272, 279 t/m 284 van het koninklijk besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de algemene bepalingen inzake douane en accijnzen, bekrachtigd bij artikel 1 van de wet van 6 juli 1978, in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten [van] de mens, de artikelen 10 en 11 van de Belgische Grondwet, doordat zij [ten aanzien van] de strafvordering en de strafrechtspleging inzake Douane [en] Accijnzen, in tegenstelling met de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, geen onafhankelijkheid waarborgen aan de verdachte, gezien de Administratie der Douane en Accijnzen inzake misdrijven inzake douane en accijnzen tegelijk optreedt als :

2. Verstossen die Artikel 193, 194, 195, 196 und 197, die Artikel 189 und 222, Kapitel XXV und die darin u.a. enthaltenen Artikel 267 bis 272, 279 bis 184 [zu lesen ist: 284] des königlichen Erlasses vom 18. Juni [zu lesen ist: Juli] 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Zoll- und Akzisenbestimmungen, bestätigt durch Artikel 1 des Gesetzes vom 6. Juli 1978, in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, gegen die Artikel 10 und 11 der belgischen Verfassung, indem die Strafverfolgung und das Strafverfahren in bezug auf Zoll und Akzisen - im Gegensatz zur Strafverfolgung und zum Strafverfahren im allgemeinen - dem Beschuldigten keine Unabhängigkeit gewährleisten, da die Zoll- und Akzisenverwaltung im Falle strafbarer Handlungen gleichzeitig auftritt als Untersuchungsführer, als verfolgende Partei und ebenfalls als Betroffene, und zwar als Empfängerin von Gebühren und Akzisen, die im Falle einer Verurteilung von der verfolgten Partei zu entrichten sind?
2. Schenden de artikelen 193, 194, 195, 196 en 197, de artikelen 189 en 222, het hoofdstuk XXV en de daarin ondermeer opgenomen artikelen 267 t.e.m. 272, 279 t.e.m. 184 [lees : 284] van het koninklijk besluit van 18 juni [lees : juli] 1977 tot coördinatie van algemene bepalingen inzake douane en accijnzen, bekrachtigd bij artikel 1 van de wet van 6 juni 1978, in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, de artikelen 10 en 11 van de Belgische Grondwet, doordat [de] strafvordering en de strafrechtspleging inzake douane en accijnzen, in tegenstelling met de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, geen onafhankelijkheid waarborgen aan de verdachte, gezien de administratie der douane en accijnzen inzake misdrijven inzake douane en accijnzen tegelijk optreedt als onderzoeker, vervolgende partij en eveneens als belanghebbende partij, namelijk als begunstigde van de rechten en accijnzen, bij veroordeling te kwijten door de vervolgde partij ?

« ob die Artikel 267 ff., d.h. Kapitel XXV des allgemeinen Zoll- und Akzisengesetzes vom 18. Juli 1977 gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstossen, weil die Strafverfolgung und das Strafverfahren in bezug auf Zoll und Akzisen - im Gegensatz zur Strafverfolgung und zum Strafverfahren im allgemeinen - dem Beschuldigten in seinem Verhältnis zur Verwaltung keine Unabhängigkeit gewährleisten, da die Zoll- und Akzisenverwaltung auftritt als
« of de artikelen 267 en volgende, zijnde hoofdstuk XXV van de algemene wet van 18 juli 1977 inzake Douanen en Accijnzen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden omdat de strafvordering en de rechtspleging inzake Douanen en Accijnzen, in tegenstelling met de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, geen onafhankelijkheid waarborgen aan de verdachte-geadministreerde, gezien de Administratie der Douanen en Accijnzen fungeert als :