(6) Jeder Mitgliedstaat erkennt bei Staatsangehörigen der Mitgliedstaaten als ausreichenden Nachweis deren Ausbildungsnachweise des Arztes, der Krankenschwester und des Krankenpflegers, die für die allgemeine Pf
lege verantwortlich sind, des Zahnarztes, des Tierarztes, der Hebamme und des Apothekers an, auch wenn sie den in Anhang V Nummern 5.1.1, 5.1.2, 5.1.3, 5.1.4, 5.2.2, 5.3.2, 5.3.3, 5.4.2, 5.5.2 bzw. 5.6.2 aufgeführten Bezeichnungen nicht entsprechen, sofern ihnen eine von den zustän
digen Behörden oder Stellen ausgestellte Besche ...[+++]inigung beigefügt ist.
6. Elke lidstaat erkent voor onderdanen van de lidstaten van wie de opleidingstitels van arts, verantwoordelijk algemeen ziekenverpleger, beoefenaar der tandheelkunde, dierenarts, verloskundige en apotheker niet aan de voor die lidstaat opgenomen benamingen in bijlage V, punten 5.1.1, 5.1.2, 5.1.3, 5.1.4, 5.2.2, 5.3.2, 5.3.3, 5.4.2, 5.5.2 en 5.6.2 voldoen, de door deze lidstaten afgegeven opleidingstitels vergezeld van een door de bevoegde autoriteiten of instellingen afgegeven certificaat als genoegzaam bewijs.