29. fordert, dass bei der nächsten Überarbeitung der Verträge das legislative Initiativrecht des Parlaments uneingeschränkt anerkannt wird, indem der Kommission verbindlich vorgeschrieben wird, allen vom Parlament unterbreiteten Aufforderungen gemäß Artikel 225 AEUV weiter nachzugehen, indem sie innerhalb einer angemessenen Frist einen Legislativvorschlag vorlegt;
29. verlangt dat het initiatiefrecht van het Parlement bij de volgende herziening van de Verdragen ten volle erkend wordt, door de Commissie te verplichten gevolg te geven aan alle verzoeken van het Parlement overeenkomstig artikel 225 VWEU door binnen een passende termijn een wetgevingsvoorstel in te dienen;