4. Die Mitgliedstaaten können für den nationalen Seeverkehr und die nationalen Hafenanlagen, die unter Artikel 3 Absätze 2 und 2a fallen, gleichwertige Vorkehrungen für die Gefahrenabwehr gemäß Regel 12 (gleichwertige Vorkehrungen für die Gefahrenabwehr) der besonderen Maßnahmen des SOLAS-Übereinkommens zur Verbesserung der Gefahrenabwehr in der Schifffahrt treffen, sofern diese Maßnahmen der Gefahrenabwehr mindestens so wirksam sind wie die im SOLAS XI-2 und in den einschlägigen verbindlichen Vorschriften des ISPS-Code vorgeschriebenen.
4. De lidstaten mogen voor het in artikel 3, leden 2 en 2 bis van deze verordening bedoelde binnenlandse zeescheepvaartverkeer en de havenfaciliteiten gelijkwaardige veiligheidsregelingen treffen als bepaald in voorschrift 12 (gelijkwaardige veiligheidsregelingen) van de speciale maatregelen ter verbetering van de maritieme beveiliging van het SOLAS-Verdrag, mits dergelijke regelingen ten minste even doelmatig zijn als de regelingen die worden voorgeschreven in SOLAS XI-2 en de relevante bindende bepalingen van de ISPS-code.
