Alle an einem Fahrzeug montierten Reifen, einschließlich gegebenenfalls der Ersatzreifen, müssen vorbehaltlich der Bestimmungen von Abschnitt 3.7.4 das bzw. die EG-Typgenehmigungszeichen gemäß Anhang I Abschnitt 4 oder das Typgenehmigungszeichen tragen, das die Übereinstimmung mit den UN/ECE-Regelungen Nrn. 30 oder 54 angibt.
Onverminderd de bepalingen van punt 3.7.4. moet op elke op een voertuig gemonteerde band, met inbegrip van eventuele reservebanden, indien van toepassing, het (de) EG-typegoedkeuringsmerk(en) voorkomen, als bedoeld in punt 4 van bijlage I of het goedkeuringsmerk waaruit blijkt dat zij voldoen aan de desbetreffende reglementen (30) of (54) van de ECE.ECE-goedkeuringsmerken worden geacht uitsluitend gelijkwaardig te zijn aan de overeenkomstig bijlage II verleende EG-typegoedkeuringsmerken".