In bezug auf den ersten Klagegrund in der Rechtssache Nr. 1628 weisen die klagenden Parteien das Argument der Flämischen Regierung zurück, wonach die Bestätigung dazu diene, den durch Konkordanz in das Amt eines Dozenten eingesetzten Lehrern für Kunstfächer eine Rechtssicherheit zu bieten.
Met betrekking tot het eerste middel aangevoerd in de zaak nr. 1628, verwerpen de verzoekende partijen het argument van de Vlaamse Regering dat de bekrachtiging ertoe strekt rechtszekerheid te bieden aan de tot docent geconcordeerde leraars artistieke vakken.