In seiner Entschließung vom 18. Januar 2006, in der die Einigung des Europäischen Rates vom Dezember 2005 abgelehnt wurde, erklärte das Parlamente, es sei „entschlossen“, diese Elemente „zu verteidigen“, und gewillt, „konstruktive Verhandlungen mit dem Rat“ aufzunehmen.
Dit waren aspecten waarvan het Parlement beweerde dat het "voornemens" was ze "te verdedigen", en waarover het in de resolutie van 18 januari 2006 - waarin het standpunt van de Europese Raad van december 2005 werd verworpen - heeft gezegd dat het "bereid" was" constructieve onderhandelingen met de Raad te starten".