Laut den angefochtenen Bestimmungen kann eine politische Partei ihre Dotation verlieren, wenn sie « durch eigenes Zutun oder durch Zutun ihrer Komponenten, Listen, Kandidaten oder gewählten Mandatsinhaber » eine feindselige Einstellung im Sinne von Artikel 15ter § 1 zeigt.
Volgens de bestreden bepalingen kan een politieke partij haar dotatie verliezen wanneer zij blijk geeft van de in artikel 15ter, § 1, bedoelde vijandigheid, zowel « door eigen toedoen of door toedoen van haar componenten, lijsten, kandidaten of gekozenen ».