Vertaling van "oder seines unverheirateten lebenspartners oder eingetragenen lebenspartners gemäß buchstabe " (Duits → Nederlands) :

Artikel 4 Absätze 2 und 3 enthält fakultative Bestimmungen, die es den Mitgliedstaaten freistellen, die Einreise und den Aufenthalt anderer Familienangehöriger zu gestatten (z. B. der Verwandten in gerader aufsteigender Linie ersten Grades des Zusammenführenden oder seines Ehegatten, der volljährigen unverheirateten Kinder, des nicht ehelichen Lebenspartners, der mit dem Zusammenführenden in einer auf Dauer angelegten Beziehung lebt, und des eingetragenen Lebenspartners).
Artikel 4, leden 2 en 3, bevat facultatieve bepalingen op grond waarvan de lidstaten toestemming voor toegang en verblijf kunnen verlenen aan andere gezinsleden, zoals bloedverwanten van de eerste graad van de gezinshereniger of diens echtgenoot, meerderjarige niet-gehuwde kinderen, ongehuwde levenspartners in een duurzame relatie en geregistreerde partners.

« Verstösst Artikel 343 § 1 Buchstabe b) des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10, 11, 22 und 22bis der Verfassung sowie gegen die Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention und 21 des Ubereinkommens über die Rechte des Kindes, indem er es einem ehemaligen Lebenspartner eines biologischen oder adoptierenden Elternteils eines minderjährigen Kindes nicht ermöglicht, zu adoptieren, da es zum Zeitpunkt der Einreichung des Ersuchens um Adoption kein Zusammenleben mehr gibt, obwohl es vor dem Zeitpunkt der Einreichung des Ersuchens um Adoption während mindestens drei Jahren ein affektives und beständiges Zusammenleben gab, während dessen das minderjährige biologische oder Adoptivkind seines ehemaligen Lebenspartners geboren wurde, während dies wohl möglich ist für denjenigen, der zum Zeitpunkt der Einreichung des Ersuchens um Adoption seit mindestens drei Jahren auf affektive und beständige Weise zusammenlebt mit dem biologischen oder adoptierenden Elternteil eines minderjährigen Kindes, das während dieses affektiven und beständigen Zusammenlebens geboren wurde?
« Schendt artikel 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10, 11, 22 en 22bis van de Grondwet alsook de artikelen 8 EVRM en 21 van het IVRK, waar het niet toelaat aan een voormalige partner van een biologische of adoptieve ouder van een minderjarig kind om tot adoptie over te gaan vermits er geen samenwoonst meer is op het ogenblik van het neerleggen van het verzoek tot adoptie, maar er gedurende minstens 3 jaren vóór de indiening van het verzoekschrift een affectieve én permanente samenwoonst was, tijdens dewelke het biologische of adoptieve minderjarige kind van zijn of haar voormalige partner werd geboren, terwijl dit wel mogelijk is voor iemand die op het ogenblik van het indienen van het verzoekschrift minstens 3 jaren op affectieve én permanente wijze samenwoont met de biologische of adoptieve ouder van een minderjarig kind dat tijdens deze affectieve én permanente samenwoonst is geboren ?

« Verstösst Artikel 343 § 1 Buchstabe b) des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10, 11, 22 und 22bis der Verfassung sowie gegen die Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention und 21 des Ubereinkommens über die Rechte des Kindes, indem er es einem ehemaligen Lebenspartner eines biologischen oder adoptierenden Elternteils eines minderjährigen Kindes nicht ermöglicht, zu adoptieren, da es zum Zeitpunkt der Einreichung des Ersuchens um Adoption kein Zusammenleben mehr gibt, obwohl es vor dem Zeitpunkt der Einreichung des Ersuchens um Adoption während mindestens drei Jahren ein affektives und beständiges Zusammenleben gab, während dessen das minderjährige biologische oder Adoptivkind seines oder ihres ehemaligen Lebenspartners geboren wurde, während dies wohl möglich ist für denjenigen, der zum Zeitpunkt der Einreichung des Ersuchens um Adoption seit mindestens drei Jahren auf affektive und beständige Weise zusammenlebt mit dem biologischen oder adoptierenden Elternteil eines minderjährigen Kindes, das während dieses affektiven und beständigen Zusammenlebens geboren wurde?
« Schendt artikel 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10, 11, 22 en 22bis van de Grondwet alsook de artikelen 8 EVRM en 21 van het IVRK, waar het niet toelaat aan een voormalige partner van een biologische of adoptieve ouder van een minderjarig kind om tot adoptie over te gaan vermits er geen samenwoonst meer is op het ogenblik van het neerleggen van het verzoek tot adoptie, maar er gedurende minstens 3 jaren vóór de indiening van het verzoekschrift een affectieve én permanente samenwoonst was, tijdens dewelke het biologische of adoptieve minderjarige kind van zijn of haar voormalige partner werd geboren, terwijl dit wel mogelijk is voor iemand die op het ogenblik van het indienen van het verzoekschrift minstens 3 jaren op affectieve én permanente wijze samenwoont met de biologische of adoptieve ouder van een minderjarig kind dat tijdens deze affectieve én permanente samenwoonst is geboren ?

(b) den minderjährigen Kindern des Zusammenführenden und seines Ehegatten oder seines nicht verheirateten oder eingetragenen Lebenspartners gemäß Buchstabe a oder des Zusammenführenden und seines nicht verheirateten Lebenspartners, wobei eine unterschiedliche Behandlung ehelicher oder nicht ehelicher Kinder unzulässig ist, einschließlich der Kinder, die gemäß einem Beschluss der zuständigen Behörde des betreffenden Mitgliedstaats oder einem aufgrund der internationalen Verpflichtungen dieses Mitgliedstaats automatisch vollstreckbaren Beschluss adoptiert wurden;
(b) de minderjarige kinderen van de gezinshereniger en diens echtgenoot, of de ongehuwde of geregistreerde partner, bedoeld in letter a), of de gezinshereniger en zijn feitelijke levenspartner, los van de vraag of ze gehuwd zijn of niet, met inbegrip van kinderen die zijn geadopteerd overeenkomstig de beslissing van de bevoegde autoriteit in de betrokken lidstaat, of een beslissing die van rechtswege uitvoerbaar is uit hoofde van internationale verplichtingen van die lidstaat of die overeenkomstig internationale verplichtingen moet worden erkend;

(c) den minderjährigen Kindern, einschließlich der adoptierten Kinder des Zusammenführenden oder seines Ehegatten und des Zusammenführenden oder seines unverheirateten Lebenspartners oder eingetragenen Lebenspartners gemäß Buchstabe a , wenn einer von ihnen das Sorgerecht besitzt und für den Unterhalt der Kinder aufkommt; bei geteiltem Sorgerecht ist die Zustimmung des anderen Elternteils erforderlich .
(c) de minderjarige kinderen, met inbegrip van geadopteerde kinderen van de gezinshereniger of diens echtgenoot, of van de gezinshereniger en zijn feitelijke levenspartner of ongehuwde of geregistreerde partner als bedoeld in letter a), wanneer een van beiden het gezag over de kinderen heeft en dezen te zijnen laste komen; indien dit gezag gedeeld wordt is toestemming van de andere ouder vereist .

(b) den minderjährigen Kindern des Zusammenführenden und seines Ehegatten oder seines unverheirateten oder eingetragenen Lebenspartners im Sinne des Buchstaben a, wobei eine unterschiedliche Behandlung ehelicher und nicht ehelicher Kinder unzulässig ist , einschließlich der Kinder, die gemäß einem Beschluss der zuständigen Behörde des betreffenden Mitgliedstaats oder einem aufgrund der internationalen Verpflichtungen dieses Mitgliedstaats automatisch vollstreckbaren Beschluss adoptiert wurden;
(b) de minderjarige kinderen van de gezinshereniger en diens echtgenoot of ongehuwde of geregistreerde partner als bedoeld in letter a), ongeacht of de kinderen binnen of buiten het huwelijk geboren zijn, met inbegrip van kinderen die zijn geadopteerd overeenkomstig de beslissing van de bevoegde autoriteit in de betrokken lidstaat, of een beslissing die van rechtswege uitvoerbaar is uit hoofde van internationale verplichtingen van die lidstaat of die overeenkomstig internationale verplichtingen moet worden erkend;

(c) den minderjährigen Kindern, einschließlich der adoptierten Kinder des Zusammenführenden oder seines Ehegatten und des Zusammenführenden oder seines nicht verheirateten Lebenspartners oder seines nicht verheirateten oder eingetragenen Lebenspartners gemäß Buchstabe a, wenn einer von ihnen das Sorgerecht besitzt und für den Unterhalt der Kinder aufkommt; bei geteiltem Sorgerecht ist die Zustimmung des anderen Elternteils erforderlich.
(c) de minderjarige kinderen, met inbegrip van geadopteerde kinderen van de gezinshereniger of diens echtgenoot, of van de gezinshereniger en zijn feitelijke levenspartner, of de ongehuwde of geregistreerde partner, zoals bedoeld in letter a), wanneer een van beiden het gezag over de kinderen heeft en dezen te zijnen laste komen; indien dit gezag gedeeld wordt is de toestemming van de andere ouder nodig.

wenn dem Ehegatten, eingetragenen oder unverheirateten Lebenspartner , der nicht die Staatsangehörigkeit eines Mitgliedstaats besitzt, auf Grund einer Vereinbarung der Ehegatten, eingetragenen oder unverheirateten Lebenspartner oder durch gerichtliche Entscheidung das Sorgerecht für die Kinder des Unionsbürgers übertragen wird, oder
wanneer het gezag over de kinderen van de burger van de Unie bij overeenkomst tussen de echtgenoten, de geregistreerde of de niet-gehuwde partners, dan wel bij gerechtelijke beslissing is toegewezen aan de echtgenoot, de geregistreerde of de niet-gehuwde partner die niet de nationaliteit van een lidstaat bezit, dan wel