(1) Der kurzfristige Aufenthaltstitel wird nicht verlängert, wenn die Bedingungen gemäß Artikel 10 Absatz 2 nicht mehr erfüllt sind, das Verfahren aufgrund einer gerichtlichen Entscheidung eingestellt und dabei die strafrechtliche Verfolgung der Händler oder Schmuggler eingestellt wurde, oder, soweit anwendbar, der Begünstigte nicht an einem Wiedereingliederungsprogramm gemäß Artikel 15 teilnimmt.
De verblijfstitel met een korte geldigheidsduur wordt niet verlengd wanneer de voorwaarden van artikel 10, lid 2, niet meer vervuld zijn, wanneer de procedure door een gerechtelijke beslissing is beëindigd, waarbij een einde wordt gemaakt aan de vervolging van de handelaars of smokkelaars, of wanneer de houder van de titel, in voorkomend geval, niet aan het in artikel 15 bedoelde herintegratieprogramma deelneemt.