Vertaling van "oder afrikanischer staaten " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

AASM-Staaten [ AASM-Länder | Assoziierte afrikanische Staaten und Madagaskar ]
GASM-landen [ Geassocieerde Afrikaanse Staten en Madagaskar | landen van de GASM ]

afrikanische Länder mit Portugiesisch als Amtssprache | afrikanische Staaten mit Amtssprache Portugiesisch | PALOP
landen in Afrika met Portugees als officiële taal | PALOP [Abbr.]

Assoziierte Afrikanische Staaten, Madagaskar und Mauritius | AASMM [Abbr.]
Geassocieerde Afrikaanse Staten,Madagaskar en Mauritius | GASMM [Abbr.]

Assoziierte afrikanische Staaten und Madagaskar | AASM [Abbr.]
Geassocieerde Afrikaanse staten en Madagaskar | GASM [Abbr.]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Der GEEREF wird regionale Unterfonds für afrikanische Staaten südlich der Sahara, für die Inselstaaten der Karibik und des pazifischen Raums (AKP Region), für die Europäischen Nachbarstaaten (einschließlich Nord-Afrika und der osteuropäischen Nicht-EU Staaten inklusive Russland), für Lateinamerika und für Asien (einschließlich Zentralasiens und des Mittleren Ostens) [13] unterstützen. Das neue Instrument für die Entwicklungszusammenarbeit (DCI) wird die Rechtsgrundlage bilden, und der GEEREF wird einbezogen in das thematische Programm für Umweltschutz und nachhaltige Bewirtschaftung natürlicher Ressourcen einschließlich Energie (ENRTP)[14], das in diesem Instrument verankert wird. Die Unterstützung wird nachfrageorientiert erfolgen und es werden Investitionen in denjenigen Ländern oder Regionen bevorzugt, in denen die Rahmenbedingungen für Privatinvestitionen in erneuerbare Energien und Energieeffizienz günstig sind.
Het GEEREF zal regionale subfondsen ondersteunen voor landen in Afrika bezuiden de Sahara, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-regio), de landen van het Europees nabuurschap (inclusief Noord-Afrika en de Oost-Europese niet-EU-landen, waaronder Rusland), Latijns-Amerika en Azië (inclusief Centraal-Azië en het Midden-Oosten)[13]. Het nieuwe instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) zal de rechtsgrond vormen en het GEEREF zal worden geïntegreerd in het thematische programma voor het milieu en het duurzaam beheer van de natuurlijke hulpbronnen met inbegrip van energie (ENRTP), dat in dat instrument is opgenomen[14]. De financiering zal marktgestuurd zijn waarbij prioriteit zal worden gegeven aan investeringen in de landen en regio’s die een beleid voor hernieuwbare energie en energie-efficiency voeren dat participatie van de particuliere sector bevordert.

7. ist sich der Tatsache bewusst, dass China in Afrika je nach der Größe, den Wirtschaftsstrukturen und der Qualität der Regierungsführung und der Institutionen in den einzelnen afrikanischen Volkswirtschaften eine unterschiedliche Wirkung ausübt; ist der Auffassung, dass die Auswirkungen des chinesischen Handels auf afrikanische Staaten, d. h. das Ausmaß, in dem der Handel mit China die weitere Spezialisierung auf Grundstoffe befördern wird oder die afrikanischen Volkswirtschaften bei der Diversifizierung ihrer Produktion und der Finanzierung nachhaltiger Projekte unterstützen kann, noch eingehender bewertet werden müssen;
7. beseft dat de impact van China op Afrika varieert al naargelang de omvang, de economische structuren en de kwaliteit van het bestuur en de instellingen in Afrikaanse economieën; is van mening dat de impact van de Chinese handel op Afrikaanse landen – bijvoorbeeld aan de hand van de vraag in hoeverre de handel met China verdere specialisatie in grondstoffen stimuleert of Afrikaanse economieën kan helpen hun productie te diversifiëren en duurzame projecten te financieren – verder geëvalueerd moet worden;

31. beharrt auf dem Standpunkt, dass die Union afrikanische Staaten nicht zu einer rascheren Unterzeichnung von Wirtschaftspartnerschaftsabkommen oder zur Aufnahme von mehr Themen in diese Abkommen, als sie es wünschen, drängen sollte und dass sie bestehende regionale Zusammenschlüsse nicht durch die Vereinbarung von Wirtschaftspartnerschaftsabkommen mit einzelnen Ländern untergraben sollte;
31. dringt er op aan dat de Unie geen druk mag uitoefenen op Afrikaanse landen om sneller economische partnerschapsovereenkomsten (EPO's) te sluiten of EPO's te sluiten die betrekking hebben op een groter aantal zaken dan zij zelf willen, en dat de Unie moet vermijden bestaande regionale groeperingen te ondermijnen door EPO's met afzonderlijke landen te sluiten;

20. betont, dass der GEEREF der Berücksichtigung der spezifischen Bedürfnisse der am wenigstens entwickelten Länder sowie den Interventionen, die erwiesenermaßen starke Bezüge zur Armutsbekämpfung aufweisen, Vorrang einräumen muss; stellt fest, dass sich der Aufgabenbereich des GEEREF auf die Unterstützung regionaler Unterfonds für afrikanische Staaten südlich der Sahara, für die Inselstaaten der Karibik und des pazifischen Raums, für die europäischen Nachbarstaaten (einschließlich Nordafrika und der osteuropäischen Nicht-EU-Staaten), für Lateinamerika und für Asien erstreckt; fordert jedoch, dass besonderes Gewicht darauf gelegt wird, den Bedürfnissen der AKP-Länder zu entsprechen; fordert die Kommission auf, bei der Aufteilung der Mittel zu gewährleisten, dass diese nicht nur an einen oder zwei Unterfonds vergeben werden; empfiehlt nachdrücklich, dass etwaige Unterfonds für China und Russland, falls sie in das Portfolio aufgenommen werden sollten, nicht alle verfügbaren Mittel an sich ziehen und dass ihnen als Pilotprojekten besonderes Interesse zukommen sollte;
20. benadrukt dat het GEEREF prioriteit dient te geven aan het bevredigen van de specifieke behoeften van de minst ontwikkelde landen en aan projecten die aantoonbaar nauw verband houden met armoedebestrijding; constateert dat het GEEREF gericht zal zijn op de ondersteuning van regionale subfondsen voor landen in Afrika bezuiden de Sahara, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, de landen van het Europees nabuurschap (inclusief Noord-Afrika en de Oost-Europese niet-EU-landen), Latijns-Amerika en Azië; verzoekt er evenwel om bijzondere aandacht te besteden aan de behoeften van de ACS-landen; verzoekt de Commissie bij de verdeling van de middelen ervoor te zorgen dat deze niet aan slechts één of twee subfondsen worden toebedeeld; adviseert met nadruk dat eventuele in het fonds opgenomen subfondsen voor Rusland en China niet alle beschikbare middelen dienen op te slokken en dat zij een belangrijke rol moeten spelen als proefprojecten;

20. betont, dass der GEEREF der Berücksichtigung der spezifischen Bedürfnisse der am wenigstens entwickelten Länder (LDC) sowie den Interventionen, die erwiesenermaßen starke Bezüge zur Armutsbekämpfung aufweisen, Vorrang einräumen muss; stellt fest, dass sich der Aufgabenbereich des GEEREF auf die Unterstützung regionaler Unterfonds für afrikanische Staaten südlich der Sahara, für die Inselstaaten der Karibik und des pazifischen Raums, für die europäischen Nachbarstaaten (einschließlich Nordafrika und der osteuropäischen Nicht-EU-Staaten), für Lateinamerika und für Asien erstreckt; fordert jedoch, dass besonderes Gewicht darauf gelegt wird, den Bedürfnissen der AKP-Länder zu entsprechen; fordert die Kommission auf, bei der Aufteilung der Mittel zu gewährleisten, dass diese nicht nur an einen oder zwei Unterfonds vergeben werden; empfiehlt nachdrücklich, dass etwaige Unterfonds für China und Russland, falls sie in das Portfolio aufgenommen werden sollten, nicht alle verfügbaren Mittel an sich ziehen und dass ihnen als Pilotprojekten besonderes Interesse zukommen sollte;
20. benadrukt dat het GEEREF prioriteit dient te geven aan het bevredigen van de specifieke behoeften van de minst ontwikkelde landen (MOL) en aan projecten die aantoonbaar nauw verband houden met armoedebestrijding; constateert dat het GEEREF gericht zal zijn op de ondersteuning van regionale subfondsen voor landen in Afrika bezuiden de Sahara, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, de landen van het Europees nabuurschap (inclusief Noord-Afrika en de Oost-Europese niet-EU-landen), Latijns-Amerika en Azië; verzoekt er evenwel om bijzondere aandacht te besteden aan de behoeften van de ACS-landen; verzoekt de Commissie bij de verdeling van de middelen ervoor te zorgen dat deze niet aan slechts één of twee subfondsen worden toebedeeld; adviseert met nadruk dat eventuele in het fonds opgenomen subfondsen voor Rusland en China niet alle beschikbare middelen dienen op te slokken en dat zij een belangrijke rol moeten spelen als proefprojecten;

Die Afrikanische Union und die Europäische Union rufen alle Staaten, die bislang dem Internationalen Übereinkommen gegen Folter und andere grausame, unmenschliche oder erniedrigende Behandlung oder Strafe und dem dazugehörigen Fakultativprotokoll noch nicht beigetreten sind, dies zu tun und anzuerkennen, dass der Ausschuss gegen Folter befugt ist, individuelle Mitteilungen entgegenzunehmen und zu prüfen.
De Afrikaanse Unie en de Europese Unie roepen alle staten die nog geen partij zijn bij het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing en het bijbehorende Facultatief Protocol, op om alsnog toe te treden, alsmede om te erkennen dat het Comité tegen foltering bevoegd is voor het ontvangen en behandelen van individuele kennisgevingen.

Unter Hinweis auf die Resolution 64/153 der Generalversammlung der Vereinten Nationen vom 18. Dezember 2009 sowie auf die Resolution 13/L.19 des Menschenrechtsrates der Vereinten Nationen vom 26. März 2010 bekräftigen die Afrikanische Union und die Euro­päische Union, dass die Staaten dauerhafte, entschlossene und effiziente Maßnahmen ergreifen müssen, um jede Form der Folter und andere grausame, unmenschliche oder erniedrigende Behandlung oder Strafe zu verhindern und zu bekämpfen.
Herinnerend aan Resolutie 64/153 van de Algemene Vergadering van de VN van 18 december 2009 en Resolutie 13/L.19 van de Mensenrechtenraad van de VN van 26 maart 2010, herhalen de Afrikaanse Unie en de Europese Unie dat de staten blijvende, vastberaden en doeltreffende maatregelen moeten nemen teneinde alle vormen van foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing te voorkomen en te bestrijden.

Die Leitlinien verdeutlichen, dass Aktionen der EU zur Unterstützung von Frieden und Sicherheit in Afrika auf Anfragen der VN, afrikanischer Organisationen oder afrikanischer Staaten hin erfolgen sollten, wobei die afrikanische Eigenverantwortung voll und ganz respektiert wird.
De richtsnoeren geven duidelijk aan dat de EU in Afrika actie moet ondernemen ter ondersteuning van vrede en veiligheid, en wel op verzoeken van de Verenigde Naties, Afrikaanse organisaties of Afrikaanse staten, met volledige inachtneming van de eigen inbreng van Afrika.

Die Afrikanische Union, aber auch regionale Organisationen wie die Wirtschaftsgemeinschaft der westafrikanischen Staaten, die Entwicklungsgemeinschaft des Südlichen Afrika oder die Ostafrikanische Gemeinschaft sind relevante Akteure, ebenso wie andere regionale Organisationen wie Caricom/Cariforum im karibischen Raum.
De Afrikaanse Unie, maar ook regionale organisaties, zoals de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten, de Ontwikkelingsgemeenschap van zuidelijk Afrika en de Oost-Afrikaanse Gemeenschap zijn belangrijke spelers, naast andere regionale organisaties zoals de Caricom/het Cariforum in het Caribisch gebied.