5. stelt met tevre
denheid vast dat de modernisering van het mededingingsbeleid
langzaam maar zeker gestalte krijgt; merkt op dat de afschaffing van de aanmeldingsplicht zeker zal leiden tot vermindering van de administratieve lasten van ondernemingen; doet opnieuw een beroep op de Commissie om tegemoet te komen aan de gerechtvaardigde wens van ondernemingen om bij gecompliceerde aanmeldingen en aanmeldingen waarmee grote investeringsbed
ragen gemoeid zijn, meer rechtszekerheid te ...[+++]bieden; is van mening dat de Commissie in dergelijke gevallen de mogelijkheid zou moeten creëren om een algemeen geldende uitspraak te doen over de verenigbaarheid van afspraken met de Europese mededingingsvoorschriften;