3. Eine Bewertung des ersten Protokolls (1999-2002) zeigt, dass die durchschnittliche Ausnutzung in Form beantragter Lizenzen bei den Thunfischwadenfängern gut (80%), bei den Langleinern nicht besonders zufriedenstellend (35%) und bei den Angelfischern null war.
3. Uit een evaluatie van het eerste protocol (1999-2002) blijkt dat de gemiddelde benuttingsgraad, d.w.z. het aantal vergunningsaanvragen, goed was voor de vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen (80%), maar niet geheel bevredigend voor de vaartuigen voor de visserij met de beug (35%) en nihil voor de vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel.