Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "insofern in dieser bestimmung erwähnten konkursschuldner nicht " (Duits → Nederlands) :

' Artikel 3bis § 2 des königlichen Erlasses Nr. 22 vom 24. Oktober 1934 " über das für bestimmte Verurteilte und für Konkursschuldner geltende gerichtliche Verbot, bestimmte Ämter, Berufe oder Tätigkeiten auszuüben " verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern die in dieser Bestimmung erwähnten Konkursschuldner nicht in den Genuss einer Massnahme zur Milderung des Verbots gelangen können ' (Verfassungsgerichtshof, 12. Juli 2006, Entscheid Nr. 119/2006) ...[+++]

' Artikel 3bis, § 3, van het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de in die bepaling beoogde gefailleerden, geen enkele maatregel tot verzachting van het verbod kunnen genieten' (Grondwettelijk Hof, 12 juli 2006, arrest nr. 119/2006).


' Artikel 3bis § 2 des königlichen Erlasses Nr. 22 vom 24. Oktober 1934 " über das für bestimmte Verurteilte und für Konkursschuldner geltende gerichtliche Verbot, bestimmte Ämter, Berufe oder Tätigkeiten auszuüben" verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern die in dieser Bestimmung erwähnten Konkursschuldner nicht in den Genuss einer Massnahme zur Milderung des Verbots gelangen können ' (Verfassungsgerichtshof, 12. Juli 2006, Entscheid Nr. 119/2006).

' Artikel 3bis, § 3, van het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de in die bepaling beoogde gefailleerden, geen enkele maatregel tot verzachting van het verbod kunnen genieten' (Grondwettelijk Hof, 12 juli 2006, arrest nr. 119/2006).


Durch den dritten Klagegrund in der Rechtssache Nr. 6373 bittet die klagende Partei den Gerichtshof, den Behandlungsunterschied zu prüfen, der durch Artikel 1412quinquies § 2 des Gerichtsgesetzbuches zwischen den Gläubigern einer fremden Macht eingeführt werde, je nachdem, ob die von ihnen geltend gemachte Forderung sich aus einem Vertrag oder einer nichtvertraglichen Verpflichtung ergebe, insofern den ersten zwei in dieser ...[+++]

Met het derde middel in de zaak nr. 6373 vraagt de verzoekende partij het Hof om het verschil in behandeling te onderzoeken dat bij artikel 1412quinquies, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek in het leven zou worden geroepen tussen de schuldeisers van een buitenlandse mogendheid, naargelang de schuldvordering die zij doen gelden, haar oorsprong in een overeenkomst of in een niet-contractuele verplichting vindt, in zoverre aan de eerste twee in die bepaling vermelde gevallen waarin de beslagrechter een uitvoeringsmaatregel toestaat ten aanzien van de eigendommen van een buitenlandse mogendheid, gemakkelijker en zelfs uitsluitend zou kunnen w ...[+++]


Der Gerichtshof wird auch gebeten, über die Vereinbarkeit von Artikel 508/19 des Gerichtsgesetzbuches mit Artikel 23 Absatz 3 Nr. 2 der Verfassung zu befinden, insofern diese Gesetzesbestimmung dadurch, dass der König nicht verpflichtet werde, den Gesamtbetrag der Entschädigungen, die den Rechtsanwälten gezahlt worden seien, die Leistungen im Rahmen des weiterführenden juristischen Beistands erbracht hätten, zu bestimmen entsprechend der Anzahl dieser Leistunge ...[+++]

Het Hof wordt ook verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid, met artikel 23, derde lid, 2°, van de Grondwet, van artikel 508/19 van het Gerechtelijk Wetboek, in zoverre die wetsbepaling, door de Koning niet ertoe te verplichten het totale bedrag van de vergoedingen die zijn uitbetaald aan de advocaten die prestaties in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand hebben verricht, te bepalen naar gelang van het aantal van die prestaties en door het Hem aldus mogelijk te maken een begroting in de vorm van een « gesloten en ...[+++]


Aus der Darlegung des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit mit den Artikeln 10, 11 und 24 § 4 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit Artikel 2 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, von Artikel 96 § 1 Absatz 1 Nr. 1 des Dekrets vom 7. November 2013, ersetzt durch Artikel 43 des Dekrets vom 25. Juni 2015, zu befinden, insofern durch diese Bestimmung, indem dadurch jede Hochschuleinrichtung verpflichtet werde, die Einschreibung eines Studierenden zu ve ...[+++]

Uit de uiteenzettingen van het middel blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid met de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 2 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 96, § 1, eerste lid, 1°, van het decreet van 7 november 2013, zoals het is vervangen bij artikel 43 van het decreet van 25 juni 2015, in zoverre die bepaling, door elke instelling voor hoger onderwijs ertoe te verplichten de inschrijving te weigeren van een student die, tijdens een van de vijf academiejaren die voora ...[+++]


Zur Anwendung dieser Bestimmung werden folgende Personen dem Konkursschuldner gleichgesetzt: die Verwaltungsratsmitglieder und die Geschäftsführer einer in Konkurs geratenen Handelsgesellschaft, deren Rücktritt nicht mindestens ein Jahr vor der Konkurseröffnung in den Anlagen zum Belgischen Staatsblatt veröffentlicht wurde, sowie jede andere Person, die, ohne Verwaltungsratsmitglied oder Geschäftsführer zu ...[+++]

Voor de toepassing van deze bepaling worden de volgende personen met de gefailleerde gelijkgesteld : de bestuurders en de zaakvoerders van een failliet verklaarde handelsvennootschap van wie het ontslag niet ten minste één jaar vóór de faillietverklaring in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt, alsook iedere andere persoon die, zonder bestuurder of zaakvoerder te zijn, werkelijk bevoegd is geweest om de failliet ...[+++]


Aus der Darlegung der Klagegründe geht hervor, dass die Beschwerdegründe der klagenden Parteien ausschließlich gegen Artikel 21quinquiesvicies § 3 des königlichen Erlasses Nr. 78 (nunmehr Artikel 68/2 § 3 des koordinierten Gesetzes) gerichtet sind, insofern die Definition der « Ausübung der klinischen Heilpädagogik » nicht die Erstellung einer Diagnose und die Verrichtung von Handlungen in Bezug auf emotionale Probleme umfasse, sowie gegen Artikel 21sexiesvicies § 3 und § 5 Absätze 2 und 3 des ...[+++]

Uit de uiteenzetting van de middelen blijkt dat de grieven van de verzoekende partijen alleen zijn gericht tegen artikel 21quinquiesvicies, § 3, van het koninklijk besluit nr. 78 (thans artikel 68/2, § 3, van de gecoördineerde wet), in zoverre de definitie van de « uitoefening van de klinische orthopedagogiek » niet het stellen van een diagnose en het verrichten van handelingen met betrekking tot emotionele problemen omvat, en tegen artikel 21sexiesvicies, § 3 en § 5, twee ...[+++]


' Artikel 3bis § 3 des königlichen Erlasses Nr. 22 vom 24. Oktober 1934 " über das für bestimmte Verurteilte und für Konkursschuldner geltende gerichtliche Verbot, bestimmte Ämter, Berufe oder Tätigkeiten auszuüben " verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern die in dieser Bestimmung erwähnten, dem Konkursschuldner gleichgestellten Personen nicht in den Genuss einer ...[+++]

' Artikel 3bis, § 3, van het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de met de gefailleerde gelijkgestelde personen die in die wetsbepaling worden beoogd, geen enkele maatregel tot verzachting van het verbod kunnen genieten' (Grondwettelijk Hof, 22 november 2007, arrest nr. 144/2007).


Artikel 3bis § 2 des königlichen Erlasses Nr. 22 vom 24. Oktober 1934 « über das für bestimmte Verurteilte und für Konkursschuldner geltende gerichtliche Verbot, bestimmte Ämter, Berufe oder Tätigkeiten auszuüben » verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern die in dieser Bestimmung erwähnten Konkursschuldner nicht in den Genuss einer Massnahme zur Milderung des Verbots gelangen können.

Artikel 3bis, § 2, van het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 « betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen » schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de in die bepaling beoogde gefailleerden geen enkele maatregel tot verzachting van het verbod kunnen genieten.


In der ersten präjudiziellen Frage wird der Hof gefragt, ob Artikel 1410 § 1 Nr. 4 des Gerichtsgesetzbuches, in Verbindung mit Artikel 1409 § 1bis, § 2 und § 3 desselben Gesetzbuches, mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, insofern die Empfänger der in dieser Bestimmung erwähnten Zahlungen nicht die in Artikel 1409bis desselben Gesetzbuches erwähnte Möglichkeit in Anspruch nehmen könnten, beim Pfändungsrichter eine Klage ein ...[+++]

In de eerste prejudiciële vraag wordt het Hof ondervraagd over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 1410, § 1, 4°, van het Gerechtelijk Wetboek, in samenhang gelezen met artikel 1409, § 1bis, § 2 en § 3, van datzelfde Wetboek, in zoverre de begunstigden van de in die bepaling vermelde uitkeringen geen beroep zouden vermogen te doen op de in artikel 1409bis van datzelfde Wetboek vermelde mogelijkheid om een vordering in te stellen bij de beslagrechter teneinde die te horen verklaren dat voor de schuldenaar en zijn gezin noodzakelijke inkomsten niet voor besl ...[+++]


w