52. erinnert daran, dass gemäß Artikel
20 des EG-Vertrags jeder Unionsbürger im Hoheitsgebiet eines dritten Landes, in dem der Mitgliedstaat, dessen Staatsangehörigkeit er besitzt, nicht vertreten ist, den diplomatischen und konsularischen Schutz eines jeden Mitgliedstaats unter denselben Bedingungen wie Staatsangehörige dieses Staates genießt, und hebt die Bedeutung einer so
lche Bestimmung als grundsätzliches Anliegen insofern hervor, als sie der externen Dimension der Unionsbürgersch
aft Rechnung tragen ...[+++]soll;
52. herinnert eraan dat een Unieburger op grond van artikel 20 van het EG-Verdrag op het grondgebied van derde landen waar de lidstaat waarvan hij onderdaan is, niet vertegenwoordigd is, de bescherming van de diplomatieke en consulaire instanties van ieder andere lidstaat geniet, onder dezelfde voorwaarden als de onderdanen van die lidstaat, en benadrukt het belang van een dergelijke bepaling als principieel punt, in zoverre dat deze bedoeld is als erkenning van de externe dimensie van het Unieburgerschap;