4. erinnert daran und betont, dass der Sport den allgemeinen Gemeinschaftsvorschriften für den Binnenmarkt, den freien Wettbewerb und die Freizügigkeit der Arbeitnehmer unterliegt, die ihre Wirksamkeit für den sozialen und territorialen Zusammenhalt und für die wirtschaftliche Entwicklung unter Beweis gestellt haben; weist ferner darauf hin, dass der überwiegende Teil der Sport- und Freizeitanlagen in den Kommunen und Regionen wesentlicher Bestandteil des interkulturellen Zusammenlebens und damit unverzichtbarer Teil der staatlichen Versorgungsleistung sind, ;
4. herinnert eraan en onderstreept dat sport valt onder de algemene communautaire regels inzake interne markt, vrije mededinging en vrij verkeer van werknemers, die hun waarde voor sociale en regionale cohesie en economische ontwikkeling hebben bewezen; wijst er ook op dat het leeuwendeel van de sport- en recreatieaccommodatie in de gemeenten en regio’s een essentieel onderdeel van de interculturele co-existentie is en als dusdanig een openbare dienst van vitaal belang;