(3) Während des in Absatz 1 genannten Zeitraums tauschen die Banken in den teilnehmenden Mitgliedstaaten, die den Euro nach dem 1. Januar 2002 einführen, die nationalen Banknoten und Münzen ihrer Kunden in unbegrenzter Höhe bis zu einem Betrag, der durch die nationalen Rechtsvorschriften festgelegt werden kann, kostenlos in Euro-Banknoten und -Münzen um.
3. Tijdens de in lid 1 omschreven periode wisselen banken in de deelnemende lidstaten die de euro na 1 januari 2002 invoeren, de nationale bankbiljetten en munten van hun klanten, kosteloos en onbeperkt tot een in de nationale wetgeving vast te stellen maximum om in bankbiljetten en munten in euro.
