Traduction de «gegenseitig stärken könnten » (Allemand → Néerlandais) :

1. ist der Auffassung, dass der Euroraum immer noch mit den Folgen des außergewöhnlich langen Wirtschaftsabschwungs nach 2008 zu kämpfen hat; hebt hervor, dass die Erholung noch fragil ist und gestärkt werden sollte, um mittelfristig für deutlich mehr Wachstum und Arbeitsplätze zu sorgen; nimmt jedoch zur Kenntnis, dass sich das Wachstum 2014 auf eine breitere Basis stützte; weist darauf hin, dass die Herausforderung heute darin besteht, sowohl kurzfristige zyklische als auch langfristige strukturelle Probleme anzugehen; betont, dass kurzfristiger Druck zu Übergangsmaßnahmen führen kann, die das langfristige Wachstumspotenzial beeinträchtigen könnten; unterstreicht, dass gewährleistet sein muss, dass sich kurz- und langfristige Maßnahmen gegenseitig stärken;
1. is van mening dat de EU nog steeds worstelt met de gevolgen van een uitzonderlijk lange economische neergang na 2008; is van mening dat het herstel nog steeds broos is en moet worden gestimuleerd teneinde te zorgen voor aanmerkelijk meer groei en werkgelegenheid op de middellange termijn; merkt overigens op dat de groei in 2014 een bredere basis heeft; merkt op dat de uitdaging er nu in bestaat om zowel de cyclische, kortetermijnproblemen, als de structurele langetermijnproblemen aan te pakken; benadrukt dat kortermijndruk kan leiden tot overgangsmaatregelen die de capaciteit voor groei op de lange termijn zouden kunnen ondermijnen; benadrukt dat korte- en langetermijnbeleid elkaar moeten versterken;

17. ist der Ansicht, dass die Europäische Union und die NATO sich gegenseitig stärken könnten, indem sie Wettbewerb vermeiden und auf der Grundlage einer praktischen Arbeitsteilung eine größere Zusammenarbeit bei Operationen des Krisenmanagements schaffen; ist der Auffassung, dass eine Entscheidung darüber, welche Organisation Streitkräfte entsenden sollte, auf der Grundlage des politischen Willens erfolgen sollte, der von beiden Organisationen hinsichtlich der operativen Bedürfnisse und der politischen Legitimität vor Ort ausgedrückt wird, sowie ihrer Fähigkeit, Frieden und Stabilität zu schaffen; stellt fest, dass die Zusammenarbeit bei der Erarbeitung der neuen europäischen Sicherheitsstrategie und des neuen strategischen Konzepts der NATO für die Erreichung dieses Ziels von ausschlaggebender Bedeutung ist;
17. is van mening dat de EU en de NAVO elkaar zouden kunnen versterken door onderlinge wedijver te voorkomen en een sterkere samenwerking te ontwikkelen bij crisisbeheersingsoperaties op basis van een praktische taakverdeling; is van oordeel dat beslissingen over de vraag welke organisatie troepen dient in te zetten, moeten zijn gebaseerd op de politieke wil van beide organisaties, operationele behoeften en hun politieke acceptatie ter plekke, alsmede op hun vermogen om voor vrede en stabiliteit te zorgen; merkt op dat samenwerking bij de uitwerking van de nieuwe EVS en het nieuwe strategische concept voor de NAVO van cruciaal belang is om die doelstelling te bereiken;

16. ist der Ansicht, dass die EU und die NATO sich gegenseitig stärken könnten, indem sie Wettbewerb vermeiden und auf der Grundlage einer praktischen Arbeitsteilung eine größere Zusammenarbeit bei Operationen des Krisenmanagements schaffen; ist der Auffassung, dass eine Entscheidung darüber, welche Organisation Streitkräfte entsenden sollte, auf der Grundlage des politischen Willens erfolgen sollte, der von beiden Organisationen hinsichtlich der operativen Bedürfnisse und der politischen Legitimität vor Ort ausgedrückt wird, sowie ihrer Fähigkeit, Frieden und Stabilität zu schaffen; stellt fest, dass die Zusammenarbeit bei der Erarbeitung der neuen europäischen Sicherheitsstrategie und des neuen strategischen Konzepts der NATO für die Erreichung dieses Ziels von ausschlaggebender Bedeutung ist;
16. is van mening dat de EU en de NAVO elkaar zouden kunnen versterken door onderlinge wedijver te voorkomen en een sterkere samenwerking te ontwikkelen bij crisisbeheersingsoperaties op basis van een praktische taakverdeling; is van oordeel dat beslissingen over de vraag welke organisatie troepen dient in te zetten, moeten zijn gebaseerd op de politieke wil van beide organisaties, operationele behoeften en hun politieke acceptatie ter plekke, alsmede op hun vermogen om voor vrede en stabiliteit te zorgen; merkt op dat samenwerking bij de uitwerking van de nieuwe EVS en het nieuwe strategische concept voor de NAVO van cruciaal belang is om die doelstelling te bereiken;