Traduction de «freiheit des organisationsträgers » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

soziale Rechte [ soziale Freiheit | soziale Grundrechte | wirtschaftliche Grundrechte | wirtschaftliche und soziale Rechte ]
sociale rechten [ economische en sociale rechten | sociale vrijheden ]

Organisationsträger
inrichtende macht | organiserend bestuur

Organisationsträger
inrichtende macht

Freiheit und Pluralismus der Medien | Freiheit und Pluralität der Medien
eerbiediging van de vrijheid en het pluralisme van de media

Europäische Agentur für das Betriebsmanagement von IT-Großsystemen im Raum der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts [ EU-Agentur für IT-Großsysteme | eu-LISA ]
Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht [ eu-LISA ]

Recht des Einzelnen [ Freiheit der Person | Grundfreiheiten | Grundrechte | persönliche Freiheit | Persönlichkeitsrecht ]
rechten van het individu [ bescherming van de burger | fundamentele vrijheid | openbare vrijheden | personenrecht | persoonlijke vrijheid | rechten van de burger ]

Freiheit der Luft | Freiheit des Ein- und Ausladens von Luftpostsendungen
vrijheid van luchtverkeer

Freiheit
vrijheid

Freiheit, zu kommen und zu gehen
vrijheid van komen en gaan

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Die Wahlfreiheit der Eltern kann nämlich nur dann volle Geltung haben, wenn die Freiheit der Organisationsträger, Unterricht zu organisieren, und das Recht auf Subventionierung, das dieser Unterricht im Prinzip besitzt, nicht auf willkürliche Weise eingeschränkt werden.
De keuzevrijheid van de ouders kan immers slechts ten volle gelden wanneer de vrijheid van de inrichtende machten om onderwijs in te richten en het recht op subsidiëring dat dit onderwijs in principe bezit, niet op willekeurige wijze worden beperkt.

Die durch Artikel 24 § 1 der Verfassung gewährleistete Unterrichtsfreiheit, die impliziert, dass Privatpersonen berechtigt sind, nach freiem Ermessen Unterricht zu organisieren und zu erteilen, und zwar sowohl hinsichtlich der Form als auch hinsichtlich des Inhalts dieses Unterrichts, umfasst nicht nur die Freiheit des Organisationsträgers, das Personal zu wählen, das im Hinblick auf die Verwirklichung der eigenen Unterrichtszielsetzungen eingestellt wird, sondern auch die Freiheit, den Auftrag dieser Personalmitglieder festzulegen und ihre Leistungen zu regeln.
De bij artikel 24, § 1, van de Grondwet gewaarborgde vrijheid van onderwijs, die voor privé-personen het vermogen impliceert om naar eigen inzicht onderwijs in te richten en te laten verstrekken, zowel naar de vorm als naar de inhoud van dat onderwijs, omvat niet alleen de vrijheid van de inrichtende macht om het personeel te kiezen dat wordt tewerkgesteld met het oog op de verwezenlijking van de eigen onderwijsdoelstellingen, maar tevens de vrijheid om de opdracht van die personeelsleden vast te leggen en hun prestaties te regelen.

Die durch Artikel 24 § 1 der Verfassung gewährleistete Unterrichtsfreiheit beinhaltet die Freiheit des Organisationsträgers, das Personal auszuwählen, das im Hinblick auf die Verwirklichung der eigenen Unterrichtsziele eingestellt wird.
De door artikel 24, § 1, van de Grondwet gewaarborgde vrijheid van onderwijs omvat de vrijheid voor de inrichtende macht om het personeel te kiezen dat wordt tewerkgesteld met het oog op de verwezenlijking van de eigen onderwijsdoelstellingen.

Die angefochtenen Bestimmungen würden dem Organisationsträger einen wesentlichen Aspekt der Freiheit bezüglich der Organisation des Unterrichtswesens entziehen, und zwar die Zuständigkeit, den Aufgabenbereich zu bestimmen und abzugrenzen, wobei diese Zuständigkeit nunmehr dem Schulleiter bzw. der Schulleitung obliege, die keineswegs mit der Schulbehörde, d.h. dem Organisationsträger im Sinne von Artikel 24 § 4 der Verfassung gleichzusetzen sei.
De bestreden bepalingen ontnemen aan de inrichtende macht een essentieel aspect van de vrijheid van het inrichten van onderwijs, namelijk de bevoegdheid om de taak te bepalen en af te bakenen, een bevoegdheid die voortaan toekomt aan de directeur of de directie, die niet te vereenzelvigen is met het schoolbestuur, dit is de inrichtende macht bedoeld in artikel 24, § 4, van de Grondwet.