Art. 12 - Es ist untersagt, außer
halb des Wohnsitzes Fischfanggeräte oder -apparate bei sich zu tragen, die in Anwendung von Artikel 10
, § 1, 4° unerlaubt sind, außer wenn der Träger beweisen kann, es sei denn, der Betreffende kann beweisen, dass diese Geräte oder Apparate z
um Fischfang in den Gewässern, auf die das vorliegende Dekret keine Anwendung findet, oder zu einer anderen Aktivität als dem Fischfang bestimmt
sind ...[+++].Art. 12. Het is verboden buiten zijn woning voorzien te zijn van verboden vistuigen of -toestellen overeenkomstig artikel 10, § 1, 4°, tenzij bewezen wordt dat die tuigen of toestellen bestemd zijn voor de visvangst in wateren waarop dit decreet niet van toepassing is voor een andere activiteit dan visvangst.