(59d) In den Fällen, in denen die Mitgliedstaaten und die Kommission die Erklärung, die ein Mitgliedstaat zur Begründung einer ergriffenen Maßnahme anführt, einhellig annehmen, sollte die Kommission nicht weiter tätig werden müssen, es sei denn, die Nichtkonformität ist auf die Mängel einer harmonisierten Norm zurückzuführen.
(59 quinquies) Indien de lidstaten en de Commissie het erover eens zijn dat een maatregel van een lidstaat gerechtvaardigd is, is nadere betrokkenheid van de Commissie hierbij niet nodig, behalve wanneer de non-conformiteit kan worden toegeschreven aan tekortkomingen van een geharmoniseerde norm.