(3) Bei Anwendung von Artikel 28 Absatz 3 Unterabsatz 1 muss der erforderliche Nachweis innerhalb der Fristen gemäß Artikel 49 Absätze 2, 4 und 6 der Verordnung (EG) Nr. 800/1999 erbracht werden.
3. Bij toepassing van artikel 28, lid 3, eerste alinea, van de onderhavige verordening moet het bewijs worden geleverd binnen de in artikel 49, leden 2, 4 en 6, van Verordening (EG) nr. 800/1999 vastgestelde termijnen.