Vertaling van "engagement sowohl indiens " (Duits → Nederlands) :

1. begrüßt das Engagement sowohl Indiens als auch der Europäischen Union, die Doha-Entwicklungsagenda zu einem erfolgreichen und den Ansprüchen gerecht werdenden Abschluss zu führen; fordert in diesem Sinne Indien auf, seine führende Stellung unter den G20 zu nutzen, um bis Ende 2006 zu einer ausgewogenen, entwicklungsfördernden Vereinbarung zwischen den Industrieländern, den Schwellenländern und den Entwicklungsländern zu kommen; stellt fest, dass die Verhandlungen über die Doha-Entwicklungsagenda mit den bilateralen "WTO+"-Verhandlungen durchaus vereinbar sind; nimmt zur Kenntnis, dass der Wert von Systemen, wie etwa des ASP, für Entwicklungsländer wie Indien geschmälert wird, sobald die Doha-Entwicklungsrunde zum Abschluss kommt, weil die Präferenzmarge, von der sie heute profitieren, weiter verringert wird; begrüßt die Tatsache, dass die Europäische Union angeboten hat, ein Freihandelsabkommen mit Indien zu schließen, das sich an dem Abkommen mit Chile orientiert und den zollfreien Zugang von Ausfuhren beider Parteien auf Gegenseitigkeit vorsieht, und fordert die Hochrangige Gruppe für Handelsfragen auf, diesbezügliche Möglichkeiten für beide Seiten zu untersuchen;
1. is verheugd dat zowel India als de EU zich inzetten voor een succesvol resultaat van de Doha-ontwikkelingsagenda; verzoekt India hiertoe gebruik te maken van zijn positie als leider van de G20 om tegen eind 2006 uit te komen op een evenwichtig akkoord dat bevorderlijk is voor de ontwikkeling van zowel de ontwikkelde landen, de opkomende economieën als de ontwikkelingslanden; wijst erop dat de onderhandelingen van de agenda van Doha niet onverenigbaar zijn met de bilaterale WTO+-onderhandelingen; constateert dat een resultaat van een afgesloten Doha Development Round de waarde zal reduceren van stelsels als het preferentiestelsel voor ontwikkelingslanden als India, door verdere reductie van de preferentiemarge die zij genieten; verzoekt de EU aan te bieden een vrijhandelsovereenkomst met India te sluiten, vergelijkbaar met haar overeenkomst met Chili, welke voorziet in belastingvrije invoer voor de export van beide partijen op basis van wederkerigheid, en dringt er bij de groep op hoog niveau voor de handel op aan om het streefniveau en de belangrijkste parameters van een dergelijke bilaterale regeling te bespreken teneinde de wederzijdse mogelijkheden op dit punt te verkennen;

1. begrüßt das Engagement sowohl Indiens als auch der EU, die Doha-Entwicklungsagenda zu einem erfolgreichen und den Ansprüchen gerecht werdenden Abschluss zu führen; fordert in diesem Sinne Indien auf, seine führende Stellung in der G20 zu nutzen, um bis Ende 2006 zu einer ausgewogenen, entwicklungsfördernden Vereinbarung zwischen den Industrieländern, den Schwellenländern und den Entwicklungsländern zu kommen; stellt fest, dass die Verhandlungen über die Doha-Entwicklungsagenda mit den bilateralen WTO+-Verhandlungen durchaus vereinbar sind; nimmt zur Kenntnis, dass der Wert von Systemen, wie etwa des ASP, für Entwicklungsländer wie Indien im Endeffekt geschmälert wird, sobald die Doha-Entwicklungsrunde zum Abschluss kommt, weil die Präferenzmarge, von der sie heute profitieren, weiter verringert wird; begrüßt die Tatsache, dass die EU angeboten hat, ein Freihandelsabkommen mit Indien zu schließen, das sich an dem Abkommen mit Chile orientiert und den zollfreien Zugang von Ausfuhren beider Parteien auf Gegenseitigkeit vorsieht, und fordert die Hochrangige Gruppe für Handelsfragen auf, diesbezügliche Möglichkeiten für beide Seiten zu untersuchen;
1. is verheugd dat zowel India als de EU zich inzetten voor een succesvol resultaat van de Doha-ontwikkelingsagenda; verzoekt India hiertoe gebruik te maken van zijn positie als leider van de G20 om tegen eind 2006 uit te komen op een evenwichtig akkoord dat bevorderlijk is voor de ontwikkeling van zowel de ontwikkelde landen, de opkomende economieën als de ontwikkelingslanden; wijst erop dat de onderhandelingen van de agenda van Doha niet onverenigbaar zijn met de bilaterale WTO+-onderhandelingen; is ingenomen met het feit dat de EU heeft aangeboden een vrijhandelsovereenkomst met India te sluiten, vergelijkbaar met haar overeenkomst met Chili, welke voorziet in belastingvrije invoer voor de export van beide partijen op basis van wederkerigheid, en dringt er bij de groep op hoog niveau voor de handel op aan om het streefniveau en de belangrijkste parameters van een dergelijke bilaterale regeling te bespreken teneinde de wederzijdse mogelijkheden op dit punt te verkennen;

1. weist mit Nachdruck darauf hin, dass Indien, Pakistan und China (an das Pakistan 1963 das Gebiet jenseits des Karakorum-Gebietes abtrat) wichtige Partner der Europäischen Union sind, wobei die Beziehungen zu den beiden ersten Ländern den Status einer strategischen Partnerschaft haben; ist davon überzeugt, dass eine Beilegung des anhaltenden Konflikts entlang der Grenz- und Kontrolllinie am besten durch ein ständiges Engagement der Regierungen Indiens und Pakistans erreicht werden kann, wobei die Bevölkerungen aller Teile des ehemaligen Fürstentums einbezogen werden muss; ist jedoch der Auffassung, dass die Europäische Union aufgrund früherer Erfahrungen der erfolgreichen Konfliktbewältigung in einem multi-ethnischen, multi-nationalen und multi-religiösen Rahmen hier etwas zu bieten hat; bietet daher diese Entschließung und alle Treffen, die sich daraus ergeben könnten, als Teil einer gemeinsamen Erfahrung an, von der auch die Europäische Union lernen kann; betont erneut die Bedeutung einer anhaltenden Unterstützung der Europäischen Union sowohl für Indien als auch für Pakistan bei der Umsetzung des Friedensprozesses 2004;
1. benadrukt dat India, Pakistan en China (waaraan Pakistan in 1963 de Trans-Karakoram Strook heeft afgestaan) belangrijke EU-partners zijn en dat eerstgenoemd land de status van strategische partner geniet; meent dat het aanslepende conflict langs de bestandslijn het best door de constante inzet van de regeringen van India en Pakistan samen kan worden opgelost en door de bevolking van alle delen van het voormalige prinsdom daarbij te betrekken; denkt evenwel dat de EU iets te bieden kan hebben vanwege haar ervaring in het verleden met succesvolle conflictoplossing in een multi-etnische, multinationale, multireligieuze context; biedt daarom deze resolutie en mogelijke vergaderingen die eruit kunnen voortvloeien aan als deel van een gemeenschappelijke ervaring waar ook de EU van kan leren; wijst andermaal op het belang van voortgezette steun van de EU aan zowel India als Pakistan, nu deze landen het vredesproces van 2004 verwerkelijken;

1. weist mit Nachdruck darauf hin, dass Indien, Pakistan und China (an das Pakistan 1963 das Gebiet jenseits des Karakorum-Gebietes abtrat) wichtige Partner der EU sind, wobei die Beziehungen zu den beiden ersten Ländern den Status einer strategischen Partnerschaft haben; ist davon überzeugt, dass eine Beilegung des anhaltenden Konflikts entlang der Grenz- und Kontrolllinie am besten durch ein ständiges Engagement der Regierungen Indiens und Pakistans erreicht werden kann, wobei die Bevölkerungen aller Teile des ehemaligen Fürstentums einbezogen werden muss; ist jedoch der Auffassung, dass die EU aufgrund früherer Erfahrungen der erfolgreichen Konfliktbewältigung in einem multi-ethnischen, multi-nationalen und multi-religiösen Rahmen hier etwas zu bieten hat; bietet daher diese Entschließung und alle Treffen, die sich daraus ergeben könnten, als Teil einer gemeinsamen Erfahrung an, von der auch die EU lernen kann; betont erneut die Bedeutung einer anhaltenden Unterstützung der EU sowohl für Indien als auch für Pakistan bei der Umsetzung des Friedensprozesses 2004;
1. benadrukt dat India, Pakistan en China (waaraan Pakistan in 1963 de Trans-Karakoram Strook heeft afgestaan) belangrijke EU-partners zijn en dat eerstgenoemd land de status van strategische partner geniet; meent dat het aanslepende conflict langs de bestandslijn het best door de constante inzet van de regeringen van India en Pakistan samen kan worden opgelost en door de bevolking van alle delen van het voormalige prinsdom daarbij te betrekken; denkt evenwel dat de EU iets te bieden kan hebben vanwege haar ervaring in het verleden met succesvolle conflictoplossing in een multi-etnische, multinationale, multireligieuze context; biedt daarom deze resolutie en mogelijke vergaderingen die eruit kunnen voortvloeien aan als deel van een gemeenschappelijke ervaring waar ook de EU van kan leren; wijst andermaal op het belang van voortgezette steun van de EU aan zowel India als Pakistan, nu deze landen het vredesproces van 2004 verwerkelijken;