Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Ausrüstung zur Bestimmung von Schmucksteinen benutzen
Blockdiagramm des Senders und Empfängers
Blockschaubild des Senders und Empfängers
Blockschema des Senders und Empfängers
Empfang
Empfang personenbezogener Daten
Empfangs-Bestimmung
Empfänger des Eingliederungseinkommens
Empfänger des Existenzminimums
Kennung des Empfängers
Kriterium zur Bestimmung des Hauptreiseziels
Leads and Lags-Bestimmung

Vertaling van "empfangs-bestimmung " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE
Empfangs-Bestimmung | Kennung des Empfängers

ontvangerspecificatie


Eingangsspannung und-strom zur Bestimmung der Last des Empfängers

grenswaarde van de ingangsspanning en-stroom van de belastingsontvanger


Blockdiagramm des Senders und Empfängers | Blockschaubild des Senders und Empfängers | Blockschema des Senders und Empfängers

overzichtsblokdiagram van zendontvanger


Empfang personenbezogener Daten

ontvangst van persoonsgegevens


Empfänger des Eingliederungseinkommens

leefloontrekker








Kriterium zur Bestimmung des Hauptreiseziels

criterium ter bepaling van het hoofdreisdoel


Ausrüstung zur Bestimmung von Schmucksteinen benutzen

apparatuur voor de identificatie van edelstenen gebruiken
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Diese Weise der Befreiung beinhaltet, dass zur Bestimmung der Steuer der natürlichen Personen die von Eurocontrol gezahlten Gehälter und sonstigen Bezüge zunächst als steuerpflichtige Berufseinkünfte des Empfängers der Einkünfte im Sinne der Bestimmungen des EStGB 1992 bezüglich dieser Steuer betrachtet werden und dass erst anschließend, nachdem die Steuer auf dieser Grundlage bestimmt wurde, die Steuerermäßigung im Verhältnis zu den befreiten Gehältern und sonstigen Bezügen angewandt wird.

Die wijze van vrijstelling impliceert dat, voor de bepaling van de personenbelasting, de door Eurocontrol betaalde salarissen en lonen in een eerste fase beschouwd worden als belastbare beroepsinkomsten van hun verkrijger van inkomsten in de zin van de bepalingen van het WIB92 die op die belasting van toepassing zijn en dat pas nadien, wanneer de belasting die op die grond is vastgesteld, de belastingvermindering zal worden toegepast naar rata van de vrijgestelde salarissen en lonen.


Aus dem Sachverhalt der dem vorlegenden Richter unterbreiteten Rechtssache, der Begründung der Vorlageentscheidung und dem Wortlaut der Vorabentscheidungsfrage kann abgeleitet werden, dass der vorlegende Richter vom Gerichtshof erfahren möchte, ob die fragliche Bestimmung mit den Artikeln 10, 11 und 172 der Verfassung vereinbar sei in der Auslegung, dass eine getrennte Steuer auf den Steuerpflichtigen anzuwenden sei, der die Beträge nicht auf die vorgeschriebene Weise belegt habe, wenn der Empfänger dieser Beträge nicht spätestens innerhalb einer Frist von zwei Jahren und sechs Monaten ab dem 1. Januar des betreffenden Steuerjahres eindeutig identifiziert worden sei, während die gleiche Steuer nicht einem Steuerpflichtigen in der gleichen ...[+++]

Uit de feiten van de aan de verwijzende rechter voorgelegde zaak, de motieven van de verwijzingsbeslissing en de bewoordingen van de prejudiciële vraag kan worden afgeleid dat de verwijzende rechter van het Hof wenst te vernemen of de in het geding zijnde bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in de interpretatie dat een afzonderlijke aanslag moet worden toegepast op de belastingplichtige die de bedragen niet op de voorgeschreven wijze heeft verantwoord, wanneer de verkrijger van die bedragen niet op ondubbelzinnige wijze werd geïdentificeerd uiterlijk binnen twee jaar en zes maanden volgend op 1 januari van het betreffende aanslagjaar, terwijl dezelfde aanslag niet zou moeten worden toegepast op een belasti ...[+++]


Angesichts der Zielsetzung des Gesetzgebers, die - wie in B.5.3 dargelegt wurde - darin besteht, den Verlust für die Staatskasse in Verbindung mit dem Bestehen geheimer Provisionen, die eine Steuerhinterziehung darstellen, auszugleichen, ist es nicht vernünftig gerechtfertigt, dass die fragliche Bestimmung in der durch den vorlegenden Richter unterbreiteten Auslegung dazu führen kann, dass weder der Steuerpflichtige, von dem die geheimen Provisionen ausgehen, noch deren Empfänger besteuert wird, wenn die Steuerverwaltung daran gehindert wird zu prüfen, ob diese Zahlungen tatsächlich auf Seiten des Empfängers die geeignete steuerliche Behandlung erhalten haben, und dass folglich der Fiskus nicht tatsächlich den Letzteren besteuern konnte.

In het licht van het door de wetgever nagestreefde doel dat erin bestaat, zoals vermeld in B.5.3, het verlies te compenseren, voor de Schatkist, dat verbonden is aan het bestaan van geheime commissielonen die neerkomen op fiscale fraude, is het niet redelijk verantwoord dat, in de door de verwijzende rechter voorgelegde interpretatie, de in het geding zijnde bepaling ertoe kan leiden dat noch de belastingplichtige die aan de oorsprong ligt van het geheime commissieloon, noch de verkrijger ervan wordt belast wanneer de belastingadministratie wordt verhinderd na te gaan of die betalingen bij de verkrijger wel hun geëigend fiscaal stelsel hebben ondergaan en, bijgevolg, of de fiscus die laatste daadwerkelijk heeft kunnen belasten.


Da die fragliche Bestimmung unbegrenzt auf alle anhängigen Streitsachen anwendbar ist, kann es nämlich vorkommen, dass trotz der Identifizierung des Empfängers innerhalb der gesetzlich vorgesehenen Frist die Veranlagungsfrist auf Seiten des Empfängers abgelaufen ist.

In zoverre de in het geding zijnde bepaling onbeperkt van toepassing is op alle hangende geschillen, is het immers mogelijk dat, ondanks de identificatie van de verkrijger binnen de wettelijk bepaalde termijn, de aanslagtermijn is verstreken ten aanzien van de verkrijger.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Artikel 219 Absatz 7 des EStGB 1992 in der durch Artikel 30 des Programmgesetzes vom 19. Dezember 2014 abgeänderten Fassung kann jedoch auch anders ausgelegt werden, nämlich in dem Sinn, dass diese Bestimmung nicht dagegen spricht, dass der vorlegende Richter, der mit einer Beschwerde gegen eine getrennte Steuer befasst wurde, die in dieser Bestimmung vorgesehene Ausnahme auf die Fälle begrenzen kann, in denen die eindeutige Identifizierung des Empfängers innerhalb der Frist von zwei Jahren und sechs Monaten es der Steuerverwaltung ermöglicht, dessen Besteuerung vorzunehmen.

Artikel 219, zevende lid, van het WIB 1992, zoals gewijzigd bij artikel 30 van de programmawet van 19 december 2014, kan evenwel anders worden geïnterpreteerd, namelijk in die zin dat die bepaling zich niet ertegen verzet dat de verwijzende rechter bij wie een beroep wordt ingesteld tegen een afzonderlijke aanslag, de uitzondering waarin die bepaling voorziet kan beperken tot de gevallen waarin een ondubbelzinnige identificatie van de verkrijger binnen de termijn van twee jaar en zes maanden de belastingadministratie in staat stelt om over te gaan tot de belasting van die laatste.


Die vorlegenden Richter möchten vom Gerichtshof erfahren, ob Artikel 57 des EStGB 1992 gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung (Rechtssache Nr. 6212) beziehungsweise dieselben Artikel in Verbindung mit den Artikeln 170 und 172 der Verfassung (Rechtssache Nr. 6257) verstoße, indem die Abzugsfähigkeit als Werbungskosten nicht erlaubt werde, wenn die in dieser Bestimmung erwähnten Ausgaben, die durch einen der Steuer der natürlichen Personen unterliegenden Steuerpflichtigen getätigt würden, nicht auf die vorgeschriebene Weise nachgewiesen würden (durch Individualkarten und eine zusammenfassende Aufstellung, die rechtzeitig und formgerecht vorgelegt worden seien), selbst nicht, wenn die Ausgaben durch den Empfänger in dessen Erklärung enthal ...[+++]

De verwijzende rechters wensen van het Hof te vernemen of artikel 57 van het WIB 1992 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet (zaak nr. 6212), dan wel dezelfde artikelen in samenhang gelezen met de artikelen 170 en 172 van de Grondwet (zaak nr. 6257), schendt doordat zij de aftrekbaarheid als beroepskosten niet toestaat wanneer de in die bepaling bedoelde uitgaven, gedaan door een belastingplichtige in de personenbelasting, niet op de voorgeschreven wijze worden verantwoord (door individuele fiches en een samenvattende opgave die tijdig en in de juiste vorm zijn voorgelegd), zelfs niet indien de uitgaven door de verkrijger ervan zijn opgenomen in zijn aangifte, terwijl dezelfde uitgaven in dezelfde omstandigheden, gedaan door een belastingpli ...[+++]


Wenn die Zahlungsverzögerung nicht auf den Empfänger der Einkünfte zurückzuführen ist, ist es nicht gerechtfertigt, den Vorteil der Anwendung der fraglichen Bestimmung den Steuerpflichtigen zu gewähren, die einen Fehler oder eine Nachlässigkeit auf Seiten der öffentlichen Behörde, die die Einkünfte schuldet, nachweisen können, und ihn nicht denjenigen zu gewähren, die einen solchen Fehler oder eine solche Nachlässigkeit nicht nachweisen können, wobei weder die einen noch die anderen in irgendeiner Weise dafür sorgen konnten, dass die Entschädigungen gestaffelt und schneller gezahlt würden.

Wanneer het uitstel van betaling niet toe te schrijven is aan de begunstigde van de inkomsten, is het niet verantwoord het voordeel van de toepassing van de in het geding zijnde bepaling toe te kennen aan de belastingplichtigen die een fout of een nalatigheid vanwege de overheid die die inkomsten verschuldigd is, kunnen aantonen, en het niet toe te kennen aan diegenen die een dergelijke fout of nalatigheid niet kunnen aantonen, terwijl noch de enen, noch de anderen op enigerlei wijze ervoor konden zorgen dat de vergoedingen op getrapte wijze en sneller worden betaald.


Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten A. Alen und J. Spreutels, und den Richtern E. De Groot, L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 8. Dezember 2014 in Sachen der « Untill » PGmbH gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 23. Dezember 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Antwerpen, Abteilung Antwerpen, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 198 § 1 Nr. 10 des EStGB 1992 in Verbindung mit Artikel 307 § 1 Absatz ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 8 december 2014 in zake de bvba « Untill » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 198, § 1, 10° WIB 92 in samenlezing met artikel 307, § 1, lid 3 WIB 92 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondw ...[+++]


Der Leitfaden zur Deckungsbeitragsrechnung für große Forschungsinfrastrukturen in „Horizont 2020“ wird für die Kosten großer Forschungsinfrastrukturen mit einem Gesamtwert von mindestens 20 Millionen Euro für einen bestimmten Empfänger gelten, der sich als Summe der historischen Inventarwerte der einzelnen Forschungsinfrastrukturen berechnet, wie sie in der letzten Schlussbilanz vor dem Zeitpunkt der Unterzeichnung der Finanzhilfevereinbarung dieses Empfängers verbucht sind. Auch eine Bestimmung auf der Grundlage der Miet- und Leasingkosten der Forschungsinfrastrukturen ist möglich.

De richtsnoeren inzake direct costing voor grote onderzoeksinfrastructuren in Horizon 2020 zullen van toepassing zijn op de kosten van grote onderzoeksinfrastructuren met een totale waarde van ten minste 20 miljoen euro voor een bepaalde begunstigde, berekend als de som van de historische waarden van de activa van de afzonderlijke onderzoeksinfrastructuren zoals opgenomen in de laatste afgesloten balans van die begunstigde vóór de datum van ondertekening van de subsidieovereenkomst, of zoals bepaald op basis van de huur- en leasekosten van de onderzoeksinfrastructuren.


(3) Die Zollbehörden teilen dem Inhaber der dem Antrag stattgebenden Entscheidung sowie gegebenenfalls den Vollzugsbehörden, auf dessen Antrag, und soweit bekannt, Name und Anschrift des Empfängers, des Versenders, des Anmelders oder des Inhabers der Waren, das Zollverfahren sowie Ursprung, Herkunft und Bestimmung der Waren, die im Verdacht stehen, ein Recht des geistigen Eigentums zu verletzen, mit.

3. De douaneautoriteiten stellen de houder van het besluit waarbij het verzoek is toegewezen, en in voorkomend geval, de rechtshandhavingsinstanties, op diens hun verzoek in kennis van de namen en adressen van de geadresseerde van de goederen, de afzender, de aangever of de houder van de goederen, mits deze bekend zijn, de douaneregeling en de oorsprong, herkomst en bestemming van de goederen waarvan wordt vermoed dat zij inbreuk maken op een intellectuele-eigendomsrecht.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'empfangs-bestimmung' ->

Date index: 2023-03-09
w