Der erste Klagegrund in der Rechtssache Nr. 5853, der aus einem Verstoß gegen die Artikel 10, 11, 13 und 191 der Verfassung abgeleitet ist, ist gegen den angefochtenen Artikel 21 Nr. 3 gerichtet, insofern diese Bestimmung nur den Antragstellern, denen von einem Rechtsanwalt beigestanden werde, die Verpflichtung auferlege, eine Abschrift des Syntheseschriftsatzes per elektronische Post zu übermitteln, und die Nichtbeachtung dieses Erfordernisses mit der Unzulässigkeit des Syntheseschriftsatzes ahnde.
Het eerste middel in de zaak nr. 5853, afgeleid uit de schending van de artikelen 10, 11, 13 en 191 van de Grondwet, is gericht tegen het bestreden artikel 21, 3°, in zoverre die bepaling alleen van de door een advocaat bijgestane verzoekers eist dat een afschrift van de synthesememorie per elektronische post wordt overgezonden, en zij de niet-naleving van die vereiste bestraft met de niet-ontvankelijkheid van de synthesememorie.
