Dem Urteil des Gerichtshofs der Europäischen Union in der Rechtssache C-254/11 (Shomodi) zufolge ist Artikel 5 der Verordnung über den kleinen Grenzverkehr dahin auszulegen, dass der Inhaber einer Grenzübertrittsgenehmigung sich im Grenzgebiet drei Monate lang frei bewegen können muss, wenn sein Aufenthalt dort nicht unterbrochen wird.
Volgens het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie in zaak C-254/11 (Shomodi) houdt artikel 5 van de verordening inzake klein grensverkeer in dat de houder van de vergunning voor klein grensverkeer bij iedere binnenkomst voor een ononderbroken periode van maximaal drie maanden in het grensgebied mag blijven.