Vertaling van "diskriminierend behandeln indem " (Duits → Nederlands) :

107. bedauert die Fälle von Hassreden und Hasskriminalität, die durch Rassismus, Fremdenfeindlichkeit oder religiöse Intoleranz oder durch Vorurteile aufgrund einer Behinderung, der sexuellen Orientierung oder der Geschlechtsidentität eines Menschen motiviert sind und zu denen es in der EU täglich kommt; fordert die Mitgliedstaaten auf, die Grundrechte zu schützen und Verständnis, Akzeptanz und Toleranz zwischen den unterschiedlichen Bevölkerungsgruppen auf ihrem Hoheitsgebiet zu fördern; fordert die EU auf, die Maßnahmen gegen Verbrechen aus Hass bei der Ausarbeitung von EU-Strategien gegen Diskriminierung und im Bereich der Justiz vorrangig zu behandeln; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, den Kampf gegen Hassverbrechen und diskriminierende Haltungen und Verhaltensweisen zu verstärken, indem sie eine umfassende Strategie zur Bekämpfung von Hassverbrechen, von durch Vorurteile motivierter Gewalt und Diskriminierung entwickeln;
107. betreurt de door racisme, xenofobie, religieuze intolerantie of vooroordelen tegen personen met een handicap, geslacht, seksuele geaardheid of genderidentiteit ingegeven incidenten van haattaal en haatmisdrijven die dagelijks in de EU plaatsvinden; verzoekt de lidstaten de grondrechten te beschermen en begrip, acceptatie en tolerantie tussen de verschillende gemeenschappen op hun grondgebied te bevorderen; verzoekt de EU om de bestrijding van haatmisdrijven op de eerste plaats te stellen bij het formuleren van beleid tegen discriminatie en op het terrein van justitie, verzoekt de Commissie en de lidstaten om de strijd tegen haatmisdrijven en discriminerende houdingen en gedragingen te versterken door het ontwikkelen van een alomvattende strategie ter bestrijding van haatmisdrijven, door vooroordelen ingegeven geweld en discriminatie;

106. bedauert die Fälle von Hassreden und Hasskriminalität, die durch Rassismus, Fremdenfeindlichkeit oder religiöse Intoleranz oder durch Vorurteile aufgrund einer Behinderung, der sexuellen Orientierung oder der Geschlechtsidentität eines Menschen motiviert sind und zu denen es in der EU täglich kommt; fordert die Mitgliedstaaten auf, die Grundrechte zu schützen und Verständnis, Akzeptanz und Toleranz zwischen den unterschiedlichen Bevölkerungsgruppen auf ihrem Hoheitsgebiet zu fördern; fordert die EU auf, die Maßnahmen gegen Verbrechen aus Hass bei der Ausarbeitung von EU-Strategien gegen Diskriminierung und im Bereich der Justiz vorrangig zu behandeln; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, den Kampf gegen Hassverbrechen und diskriminierende Haltungen und Verhaltensweisen zu verstärken, indem sie eine umfassende Strategie zur Bekämpfung von Hassverbrechen, von durch Vorurteile motivierter Gewalt und Diskriminierung entwickeln;
106. betreurt de door racisme, xenofobie, religieuze intolerantie of vooroordelen tegen personen met een handicap, geslacht, seksuele geaardheid of genderidentiteit ingegeven incidenten van haattaal en haatmisdrijven die dagelijks in de EU plaatsvinden; verzoekt de lidstaten de grondrechten te beschermen en begrip, acceptatie en tolerantie tussen de verschillende gemeenschappen op hun grondgebied te bevorderen; verzoekt de EU om de bestrijding van haatmisdrijven op de eerste plaats te stellen bij het formuleren van beleid tegen discriminatie en op het terrein van justitie, verzoekt de Commissie en de lidstaten om de strijd tegen haatmisdrijven en discriminerende houdingen en gedragingen te versterken door het ontwikkelen van een alomvattende strategie ter bestrijding van haatmisdrijven, door vooroordelen ingegeven geweld en discriminatie;

2. « ob gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz verstossen wird, indem die Artikel 41 und 42 des königlichen Erlasses vom 20. Juli 1964 zur Koordinierung der Gesetze über das Handelsregister Kaufleute diskriminierend behandeln, indem Artikel 41 nur Kaufleute zum Zeitpunkt der Vorladung betrifft, das heisst unter Ausschluss jener Kaufleute, die zu diesem Zeitpunkt ihre Geschäftstätigkeiten aufgegeben haben, während Artikel 42, in dem der weitergefasste Begriff ' Kläger ' benutzt wird, möglicherweise sowohl Kaufleute als auch ehemalige Kaufleute betrifft ».
2. « of het gelijkheidsbeginsel vervat in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet al dan niet geschonden is door de discriminatoire behandeling van de handelaars in de artikelen 41 en 42 van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 tot coördinering van de wetten op het handelsregister, doordat artikel 41 enkel slaat op handelaars op het ogenblik van de dagvaarding, dit wil zeggen met uitsluiting van handelaars die hun handelswerkzaamheden op dat ogenblik hebben gestaakt, terwijl artikel 42, door het ruimer begrip ' verzoeker ' te gebruiken, mogelijk zowel betrekking heeft op handelaars als op ex-handelaars ».

Im ersten Teil des einzigen Klagegrunds wird ein Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung angeführt, insofern die angefochtene Bestimmung künftig die Betriebe für arbeitsgebundene Ausbildung daran hindern werde, die Praktikanten, die sich in unterschiedlichen Situationen befänden, unterschiedlich zu behandeln, indem sie ihnen eine ihrer finanziellen Lage angepasste Ausbildungsprämie gewährten, was auf diskriminierende Weise die Rechte dieser Praktikanten auf eine entlohnte Arbeit, auf berufliche Ausbildung und auf Unterricht verletze, die durch die Artikel 23 und 24 der Verfassung sowie durch die Artikel 6 und 13 des Internationalen Paktes über wirtschaftliche, soziale und kulturelle Rechte und durch Artikel 2 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleistet würden.
In het eerste onderdeel van het enige middel wordt een schending aangeklaagd van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat de aangevochten bepaling de bedrijven voor vorming door arbeid voortaan zal verhinderen de stagiairs die zich in verschillende situaties bevinden, verschillend te behandelen door hun een opleidingspremie toe te kennen die aangepast is aan hun financiële toestand, hetgeen op discriminerende wijze afbreuk zou doen aan de rechten van die stagiairs op bezoldigde arbeid, op beroepsopleiding en op onderwijs, die gewaarborgd zijn bij de artikelen 23 en 24 van de Grondwet, alsook bij de artikelen 6 en 13 van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten en bij artikel 2 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.

2. « ob gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz verstossen wird, indem die Artikel 41 und 42 des königlichen Erlasses vom 20. Juli 1964 zur Koordinierung der Gesetze über das Handelsregister Kaufleute diskriminierend behandeln, indem Artikel 41 nur Kaufleute zum Zeitpunkt der Vorladung betrifft, das heisst unter Ausschluss jener Kaufleute, die zu diesem Zeitpunkt ihre Geschäftstätigkeiten aufgegeben haben, während Artikel 42, in dem der weitergefasste Begriff ' Antragsteller ' benutzt wird, möglicherweise sowohl Kaufleute als auch ehemalige Kaufleute betrifft ».
2. « of het gelijkheidsbeginsel vervat in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet al dan niet geschonden is door de discriminatoire behandeling van de handelaars in de artikelen 41 en 42 van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 tot coördinering van de wetten op het handelsregister, doordat artikel 41 enkel slaat op handelaars op het ogenblik van de dagvaarding, dit wil zeggen met uitsluiting van handelaars die hun handelswerkzaamheden op dat ogenblik hebben gestaakt, terwijl artikel 42, door het ruimer begrip ' verzoeker ' te gebruiken, mogelijk zowel betrekking heeft op handelaars als op ex-handelaars ».

Dem Hof wird die Frage vorgelegt, ob Artikel 3 des Gemeindewahlgesetzes und die Artikel 18 und 142 des Wahlgesetzbuches die nichtbelgischen Unionsbürger mit Wohnsitz in Belgien diskriminierend behandeln, indem sie nicht an der beanstandeten Wahl teilnehmen dürfen, wenn sie nicht in die Wählerliste eingetragen worden sind und sie, aufgrund des o.a. Artikels 18, keine Beschwerde bis zum zwölften Tag vor den Wahlen eingelegt haben.
De vraag aan het Hof heeft betrekking op het feit of artikel 3 van de gemeentekieswet en de artikelen 18 en 142 van het Kieswetboek de niet-Belgische burgers van de Unie die in België verblijven, discriminerend behandelen doordat zij niet zouden mogen deelnemen aan de in het geding zijnde verkiezing wanneer zij niet op de kiezerslijst zijn opgenomen en zij niet, op grond van het voormelde artikel 18, vóór de twaalfde dag vóór die van de verkiezing bezwaar hebben ingediend.

Indem der Ministerrat sein Argument illustriert, leitet er daraus ab, dass es - ganz abgesehen von den unüberwindlichen Schwierigkeiten, die die Zusammensetzung einer deutschsprachigen Kammer mit sich bringen würde - diskriminierend gewesen wäre, die deutschsprachigen Magistrate auf die gleiche Art und Weise zu behandeln wie ihre französisch- und niederländischsprachigen Kollegen.
Hij leidt daaruit af, terwijl hij voorbeelden geeft bij zijn argument, dat, zonder te spreken over de onoverkoombare moeilijkheden die de samenstelling van een Duitstalige kamer zou veroorzaken, het discriminerend zou zijn geweest de Duitstalige magistraten op dezelfde wijze te behandelen als hun Franstalige en Nederlandstalige collega's.