14. stellt fest, dass Artikel 5 des vorgenannten Beschlusses vorsieht, dass für den Fall, dass ein Mitglied oder der Generalssekretär sein Dienstfahrzeug für andere als die in Artikel 4 genannten Fahrten [d.h. Fahrten in Ausübung seines Amtes auf
der Grundlage eines Dienstreiseauftrags oder pauschal 15.000 km/Jahr] benutzt, die damit verbundenen Kosten (Straßenbenutzungsgebühren, Treibstoffkosten und etwaige zusätzliche Mietkosten, die aufgrund einer Überschreitung der im Rahmenvertrag vorgesehenen Gesamtkilometerleistung von 45.000 km/Jahr anfallen) zu seinen Lasten gehen; ist der Auffassung, dass die private Nutzung eines Dienstfahrze
...[+++]ugs eine verdeckte geldwerte Leistung darstellt, die das Parlament als nicht zulässig betrachtet; 14. stelt vast dat in artikel 5 van het hierboven genoemde besluit wordt bepaald dat als een lid of de secretaris-generaal een dienstwagen gebruikt voor andere verplaatsingen dan degene die worden bedoeld in artikel 4 [namelijk verplaatsing
en op basis van een dienstreisopdracht in het kader van de uitoefening van de functie of forfaitair 15 000 km per jaar], de hieruit voortvloeiende kosten (wegentol, brandstof en eventuele extra huurkosten als gevolg van de overschrij
ding van het in het kadercontract vastgestelde totaal van 45 000 km
...[+++] per jaar) ten laste komen van deze persoon; beschouwt het privé-gebruik van een dienstwagen als een verborgen voordeel in natura, hetgeen het ongepast acht;