Art. 99 - § 1. Eine Anlage eines URD, die vor dem 1. Dezember 2004 installiert wurde und die den Vorschriften der vorliegenden R.T.GAZ-Regelung nicht genügt, kann in dem Zustand, in dem sie sich befindet, benutzt werden, wenn sie keine Gefahr für die Sicherheit darstellt und insofern diese Nichtübereinstimmung den Anlagen des GRD oder den Anlagen und/oder der Qualität des bei einem anderen URD gelieferten Erdgases nicht grundsätzlich schadet.
Art. 99. § 1. Een installatie van een netgebruiker van vóór 1 december 2004 en die niet voldoet aan de voorschriften van dit T.R.GAS kan worden gebruikt in haar oorspronkelijke staat op voorwaarde dat ze daadwerkelijk of mogelijkerwijs geen probleem voor de veiligheid veroorzaakt ou zou kunnen veroorzaken en voor zover deze niet-conformiteit de installaties van de netbeheerder of de installaties en/of de kwaliteit van de aardgaslevering bij een andere netgebruiker niet effectief in gevaar brengt.