3. Die für die Aufsicht über von einem EU-Mutterkreditinstitut kontrollierte Kreditinstitute zuständige Behörde setzt sich, wann immer möglich, mit der konsolidierenden Aufsichtsbehörde in Verbindung, wenn diese Informationen über die Umsetzung der in dieser Richtlinie und der Verordnung [vom Amt für Veröffentlichungen einzufügen] genannten Ansätze und Methoden benötigt und die zuständige Behörde bereits über derartige Informationen verfügen könnte.
3. De bevoegde autoriteiten die belast zijn met het toezicht op kredietinstellingen die onder de zeggenschap staan van een EU-moederkredietinstelling, treden wanneer dit enigszins mogelijk is in contact met de consoliderende toezichthouder als zij informatie nodig hebben over de toepassing van benaderingen en methodieken zoals beschreven in de onderhavige richtlijn en in Verordening [in te voegen door het Publicatiebureau], en deze informatie eventueel al beschikbaar is voor de betrokken bevoegde autoriteit.