Bei Strafe des Verfalls muss der für den Tourismus zuständige flämische Minister die Anordnung zur Einstellung des Betriebs innerhalb einer Frist von fünfzehn Kalendertagen nach dem Eingang des Protokolls bei dem Minister und nachdem dem Betroffenen oder gegebenenfalls seinem Beauftragten das Recht auf Anhörung angeboten wurde, bestätigen.
Op straffe van verval moet de Vlaamse minister, bevoegd voor het toerisme, het bevel tot stopzetting van de exploitatie bekrachtigen binnen een termijn van vijftien kalenderdagen na de ontvangst van het proces-verbaal door de minister en nadat de betrokkene of in voorkomend geval zijn gemachtigde het recht werd geboden om gehoord te worden.