Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Anhaengige Rechtssache
Anti Glykoprotein-160 Antikörper
Bei einem Gerichtshof anhaengige Rechtssache
GP 160 AK
Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung
Rechtssache „Cassis de Dijon
Streichung einer Rechtssache

Traduction de « rechtssache c-160 » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
anhaengige Rechtssache | bei einem Gerichtshof anhaengige Rechtssache

zaak in behandeling | zaak in instantie


anti Glykoprotein-160 Antikörper | GP 160 AK [Abbr.]

anti-gp 160 antilichamen


Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung [ Rechtssache „Cassis de Dijon ]

beginsel van wederzijdse erkenning [ Cassis-van-Dijon-zaak ]


TRADUCTIONS EN CONTEXTE
[90] EuGH 17. Februar 1993, Poucet und Pistre, verbundene Rechtssachen 159/91 und 160/91, Slg. 1993, I-637, Randnrn. 18 und 19, und EuGH 22. Januar 2002, Cisal di Battistello Venanzio C. Sas/INAIL, Rechtssache C 218/00, Slg.

[90] EHvJ gevoegde zaken 159/91 en 160/91, arrest van 17 februari 1993, Poucet en Pistre, [1993] Jurispr. I-637 (overwegingen 18, 19); Zaak C-218/00, arrest van 22 januari 2002 Cisal di Battistello Venanzio C. Sas.tegen.


Das Rechtsmittel richtet sich gegen das Urteil des Gerichts vom 14. Mai 2014 in der Rechtssache T-160/12, mit dem dieses die Klage der Adler Modemärkte AG gegen die Entscheidung der Zweiten Beschwerdekammer des HABM vom 3. Februar 2012 (Sache R 1955/2010-2) zu einem Widerspruchsverfahren zwischen der Blufin SpA und der Adler Modemärkte AG abgewiesen hatte.

Hogere voorziening is ingesteld tegen het arrest van het Gerecht van 14 mei 2014 in zaak T-160/12, waarbij het Gerecht het beroep van Adler Modemärkte AG tegen de beslissing van de tweede kamer van beroep van het BHIM van 3 februari 2012 (zaak R 1955/2010-2) inzake een oppositieprocedure tussen Blufin SpA en Adler Modemärkte AG heeft verworpen.


Der erste Klagegrund ist abgeleitet aus einem Verstoß durch Artikel 4.8.14 des Flämischen Raumordnungskodex, ersetzt durch die angefochtene Bestimmung, gegen die Artikel 10, 11 und 23 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den allgemeinen Grundsätzen der geordneten Rechtspflege, insbesondere das Recht auf eine wirksame Beschwerde, das Recht auf gerichtliches Gehör, das Recht auf eine öffentliche Behandlung der Rechtssache und das Recht der Verteidigung, mit den Artikeln 6 und 13 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit den Artikeln 144, 145, 148, 149, 160 und 161 der Verfassung.

Het eerste middel is afgeleid uit de schending door artikel 4.8.14 van de VCRO, zoals vervangen bij de bestreden bepaling, van de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de algemene beginselen van een behoorlijke rechtsbedeling, meer bepaald het recht op daadwerkelijke rechtshulp, het recht op toegang tot een rechter, het recht op een openbare behandeling van de zaak en het recht van verdediging, met de artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met de artikelen 144, 145, 148, 149, 160 en 161 van de Grondwet.


N. in der Erwägung, dass die zuvor erwähnten Kriterien gerichtlich überprüft worden sind und dass die Urteile des Europäischen Gerichtshofs, beispielsweise das Urteil in der Rechtssache T-308/07, die für das Petitionsrecht geltenden Kriterien sowie die Tatsache, dass Erklärungen über die Unzulässigkeit von Petitionen fundiert sein und vom Ausschuss in seinem anschließenden Schriftverkehr mit dem Petenten gut begründet werden müssen, bestätigt haben; in der Erwägung, dass Petitionen, wie beispielsweise in den Rechtssachen T-280/09 und T-160/10, auch als inhalt ...[+++]

N. overwegende dat voornoemde criteria door de rechter zijn getoetst en dat in de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie, bijvoorbeeld in zaak T-308/07, de criteria met betrekking tot het recht om verzoekschriften in te dienen zijn bevestigd, evenals het feit dat verklaringen van niet-ontvankelijkheid goed onderbouwd dienen te zijn en door de Commissie verzoekschriften moeten worden gerechtvaardigd in de daaropvolgende correspondentie met de indiener; overwegende dat verzoekschriften inhoudelijk als te onnauwkeurig beschouwd kunnen worden, zoals de zaken T-280/09 en T-160/10;


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
N. in der Erwägung, dass die zuvor erwähnten Kriterien gerichtlich überprüft worden sind und dass die Urteile des Europäischen Gerichtshofs, beispielsweise das Urteil in der Rechtssache T-308/07, die für das Petitionsrecht geltenden Kriterien sowie die Tatsache, dass Erklärungen über die Unzulässigkeit von Petitionen fundiert sein und vom Ausschuss in seinem anschließenden Schriftverkehr mit dem Petenten gut begründet werden müssen, bestätigt haben; in der Erwägung, dass Petitionen, wie beispielsweise in den Rechtssachen T-280/09 und T-160/10, auch als inhalt ...[+++]

N. overwegende dat voornoemde criteria door de rechter zijn getoetst en dat in de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie, bijvoorbeeld in zaak T-308/07, de criteria met betrekking tot het recht om verzoekschriften in te dienen zijn bevestigd, evenals het feit dat verklaringen van niet-ontvankelijkheid goed onderbouwd dienen te zijn en door de Commissie verzoekschriften moeten worden gerechtvaardigd in de daaropvolgende correspondentie met de indiener; overwegende dat verzoekschriften inhoudelijk als te onnauwkeurig beschouwd kunnen worden, zoals de zaken T-280/09 en T-160/10;


16. Dezember 2004 Schlussanträge des Generalanwalts in der Rechtssache C-160/03

Conclusie van de advocaat-generaal in zaak C-160/03


[86] Rechtssache C-158/02, Marcaletti, und Rechtssache C-160/02, Skalka, Amtsblatt C 169 vom 13. 07. 2002.

[86] Zaak C-158/02, Marcaletti en Zaak C-160/02, Skalka, PB C169 van 13.7.2002.


[86] Rechtssache C-158/02, Marcaletti, und Rechtssache C-160/02, Skalka, Amtsblatt C 169 vom 13.07.2002

[86] Zaak C-158/02, Marcaletti en Zaak C-160/02, Skalka, PB C169 van 13.7.2002.


Der Beschluß Nr. 109 vom 18. November 1977 muß neu gefaßt werden, um den Ausführungen des Gerichtshofes der Europäischen Gemeinschaften in seinem Urteil vom 5. März 1998 in der Rechtssache C-160/96 (Molenaar) Rechnung zu tragen, daß

Overwegende dat dient te worden overgegaan tot herziening van Besluit nr. 109 van 18 november 1977, teneinde rekening te houden met het arrest van het Hof van Justitie in zaak C-160/96 van 5 maart 1998 (Molenaar), volgens hetwelk:


Verstösst Artikel 21 Absatz 2 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich und in Verbindung mit den Artikeln 13 und 160 der Verfassung und Artikel 6 Absatz 1 EMRK, indem zwei verschiedene Kategorien von Personen, und zwar (1) die klagende Partei, die keinen Schriftsatz einreicht, weil sie kein Interesse an der Rechtssache mehr hat, d.h. kein Interesse an der Rechtssache mehr bekundet, und (2) die klagende Partei, die keinen Schriftsatz einreicht, weil sie in Ermangelung einer Erwiderung der Gegenpartei den Ausführungen der Klageschrift nichts mehr hinzuzufügen hat, gleich behandelt wer ...[+++]

Schendt artikel 21, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State de artikelen 10 en 11 van de Gecoördineerde Grondwet, op zichzelf genomen en samengelezen met de artikelen 13 en 160 van de Grondwet en artikel 6.1 van het E.V. R.M., doordat twee verschillende categorieën van personen, zijnde (1) de verzoekende partij die geen memorie indient, om reden dat hij geen belang meer heeft bij de zaak, dit wil zeggen, geen interesse meer in de zaak betoont, en (2) de verzoekende partij die geen memorie indient, om reden dat hij geen belang meer heeft bij de memorie, doordat hij, wegens afwezigheid van een antwoord van tegenpartij ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

' rechtssache c-160' ->

Date index: 2022-12-23
w