Im Sinne von Artikel 6 der Verordnung (EWG) Nr. 1134/68 ist der Tatbestand, an den die in Artikel 4 Absatz 1 vorgesehene Kautionsstellung und die Zahlung des Verkaufspreises geknüpft sind, zum Zeitpunkt des Abschlusses des Verkaufsvertrags erfuellt.
In de zin van artikel 6 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 wordt het feit waardoor de verplichting onstaat tot het storten van de in artikel 4 , lid 1 , bedoelde waarborg en het betalen van de verkoopprijs , geacht te hebben plaatsgevonden op de dag waarop de verkoopovereenkomst is afgesloten .