Folglich hat er gewollt, dass für die in Artikel 151 § 5 Absatz 4 der Verfassung aufgezählten beigeordneten Mandate « das Prinzip der internen Wahl oder des Vorschlags durch die Höfe und Gerichte [gilt] » (ebenda, S. 9; Parl. Dok., Kammer, 1997-1998, Nr. 1657/1, S. 13).
Bijgevolg heeft hij gewild dat voor de in artikel 151, § 5, vierde lid, van de Grondwet opgesomde adjunct-mandaten « het principe van de interne verkiezing of voordracht door de hoven en rechtbanken [geldt] » (ibid., p. 9; Parl. St., Kamer, 1997-1998, nr. 1675/1, p. 13).